bumetanide wordt voorgeschreven bij:
lisdiuretica
Mechanism
$hippoKoptekst
Werkingsmechanisme
Lisdiuretica:
- remmen het Na+-K+-2Cl--cotransport (in het dikke opstijgende deel van Lis van Henle) en daarmee het passieve transport van natriumionen. Hierdoor neemt de toniciteit van de medulla af, waardoor het vermogen van de nieren om de urine te concentreren afneemt;
- bevorderen indirect de uitscheiding van kalium door het hogere aanbod van natrium in de distale tubulus;
- bevorderen indirect de uitscheiding van calcium en magnesium door vermindering van het potentiaalverschil tussen de luminale en de basolaterale zijde van de epitheelcellen in het dikke opstijgende deel van Lis van Henle. Door de vermindering van het potentiaalverschil neemt immers de elektrische gradiënt af, waarlangs normaal gesproken de positieve ionen Ca2+ en Mg2+ via de paracellulaire route worden teruggeresorbeerd.
Effect
- snel en krachtig diuretisch effect;
- snelle afname van extracellulair volume.
Typical side effects
$hippoKoptekst
Relatief frequent:
- (orthostatische) hypotensie;
- hypovolemie;
- verstoring van de elektrolytenbalans (hypokaliëmie (minder vaak dan thiazide-diuretica), hyponatriëmie (minder vaak dan thiazide-diuretica), hypochloremie, hypocalciëmie, hypomagnesiëmie, hyperurikemie).
Minder frequent:
- verhoging van LDL, triglyceriden, verlaging van HDL;
- vermindering van de glucosetolerantie;
- ototoxiciteit;
- fotosensibilisatie;
- beenmergfalen.
Meer informatie
Hypovolemie wordt veroorzaakt door dehydratie met als symptomen o.a. slapte, malaise, (orthostatische) hypotensie en spierkrampen. Bij braken, diarree of overmatig zweten, hoge doseringen en bij ouderen is de kans op hypovolemie groter. Het is van belang dat de patiënt voldoende drinkt. Teveel drinken kan echter aanleiding geven tot hyponatriëmie (cave hersenoedeem). Daarom is regelmatige controle van de hydratietoestand en de elektrolyten (met name natrium en kalium) aangewezen, vooral bij langdurig gebruik en een zoutbeperkt dieet.
Hypokaliëmie wordt veroorzaakt door een verhoogde actieve uitwisseling van natrium tegen kalium door een verhoogde beschikbaarheid van natrium in meer distale segmenten. Voorts kunnen hypovolemie en onderliggende ziekten (hartfalen, levercirrose) aldosteronsecretie verhogen met als gevolg de stimulering van dit actieve cotransport van Na+-K+(NH4+)-2Cl-. Het gevolg is een verhoogde uitscheiding van kalium.
Hyponatriëmie kan ernstige gevolgen hebben zoals hersenoedeem met neurologische verschijnselen. Het treedt meestal op tijdens de eerste dagen tot weken van de behandeling.
Hypochloremie wordt veroorzaakt door remming van de passieve terugresorptie van natrium– en chloride-ionen. Om deze reden kan bij intensief gebruik een hypochloremische alkalose ontstaan.
Hypocalciëmie wordt veroorzaakt door een calciuretisch effect; dit kan in zeldzame gevallen leiden tot tetanie.
Een verhoging van de urinezuurspiegel in het bloed kan bij hiertoe gepredisponeerde personen jichtaanvallen provoceren. Indien er echter geen klachten zijn, hoeft een stijging van de urinezuurconcentratie niet te worden behandeld.
Het mechanisme achter een verminderde glucosetolerantie is niet geheel duidelijk. Mogelijk spelen een verminderde insulinesecretie en een verminderd glucosemetabolisme een rol. Omdat kalium nodig is bij de opname van glucose door de cellen speelt hypokaliëmie een rol bij hyperglykemie door diuretica. Dit leidt zelden tot diabetes mellitus.
Ototoxiciteit manifesteert zich met oorsuizen, doofheid, duizeligheid en een vol gevoel in de oren. Een enkele maal blijkt de doofheid niet reversibel te zijn. De ototoxiciteit treedt vaker op bij een snel intraveneus infuus dan bij de orale toedieningsvorm. De ototoxiciteit kan worden gepotentieerd door aminoglycosiden of cisplatine.
Literatuur:
- Aronson JK, et al. (eds). Meyler’s side effects of drugs. 16th ed. Amsterdam: Elsevier, 2016.
- Brunton LL, et al. (eds). Goodman & Gilman’s The pharmacological basis of therapeutics. 12th ed. New York: McGraw-Hill, 2011.