acarbose
Samenstelling
Glucobay Bayer bv
- Toedieningsvorm
- Tablet
- Sterkte
- 50 mg, 100 mg
Uitleg symbolen
XGVS | Dit geneesmiddel is niet opgenomen in het geneesmiddelenvergoedingssysteem (GVS). |
OTC | Over the counter, dit geneesmiddel is een zelfzorgmiddel. Aan de vergoeding van bepaalde zelfzorgmedicatie zijn nadere voorwaarden verbonden. Deze zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering. |
2 | Aan de vergoeding van dit geneesmiddel zijn bepaalde voorwaarden verbonden, die zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering. Deze voorwaarden kunnen betrekking hebben op de indicaties, de duur van de behandeling en het voorschrijven volgens een richtlijn/protocol. |
MNT | Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Extra aandacht wordt gevraagd voor onverwachte bijwerkingen. Meldt u dit via het meldformulier van het Lareb. |
Advies
Behandeling van diabetes mellitus type 2 met orale bloedglucoseverlagende middelen komt pas in aanmerking indien geen goede bloedglucoseregulatie wordt bereikt met voorlichting, educatie, aanpassing van de voeding en stimulering van lichaamsbeweging. Metformine is eerste keus bij de medicamenteuze behandeling. Bij onvoldoende resultaat hiermee, kan een kortwerkend sulfonylureumderivaat (voorkeur gliclazide) worden toegevoegd. De volgende stap is (toevoeging van) insulinetherapie. De overige bloedglucoseverlagende middelen komen pas in aanmerking indien gebruik van bovenstaande voorkeursmiddelen op bezwaren stuit.
Er is geen bewijs voor effectiviteit van acarbose op (diabetesgerelateerde) mortaliteit en morbiditeit. In combinatie met een koolhydraatrijk dieet wordt acarbose slecht verdragen: veel voorkomende bijwerkingen zijn maag-darmklachten, zoals flatulentie, darmkrampen en diarree.
Indicaties
Diabetes mellitus type 2, waarbij dieet alléén of dieet in combinatie met andere bloedglucoseverlagende middelen onvoldoende resultaat geeft.
Dosering
Diabetes mellitus type 2:
Volwassenen:
Individueel: begindosering 50 mg 3×/dag, zo nodig na 1–2 weken, of eventueel later, verhogen tot 100 mg 3×/dag; max. 200 mg 3×/dag, gemiddeld 100 mg 3×/dag.
De tabletten vlak voor de maaltijd met wat drinken innemen óf aan het begin van de maaltijd met de eerste happen fijnkauwen en doorslikken.
Bijwerkingen
Zeer vaak (> 10%): flatulentie.
Vaak (1-10%): vooral in de eerste weken tot maanden: diarree, met name bij niet naleven van voorgeschreven dieet, te hoge doseringen of gelijktijdig gebruik van (biet- of riet)suiker. Buikpijn.
Soms (0,1-1%): misselijkheid, braken, dyspepsie, stijging van leverenzymwaarden.
Zelden (0,01-0,1%): oedeem, icterus. Verder zijn opgetreden: trombocytopenie, allergische reactie (huiduitslag, erytheem, exantheem en urticaria), acute gegeneraliseerde exanthemateuze pustulose. (Sub)ileus, pneumatosis cystoides intestinalis, hepatitis, leverschade, gestoorde leverfunctie. Fulminante hepatitis met fatale afloop is gemeld.
Interacties
Bij gelijktijdig gebruik van colestyramine, darmadsorbentia of spijsverteringbevorderende middelen wordt mogelijk de werking van acarbose verzwakt; deze combinaties vermijden. Bij gelijktijdig gebruik van laxantia zo nodig de dosering van het laxans te verlagen. Bij gebruik in combinatie met een sulfonylureumderivaat, metformine of insuline kan hypoglykemie optreden (in individuele gevallen: hypoglykemische shock); zo nodig de dosering van de genoemde middelen verlagen. Ten gevolge van de door acarbose veroorzaakte diarree kan de opname van andere geneesmiddelen in de dikke darm worden gestoord. Het gelijktijdig toedienen van orale neomycine kan leiden tot een verhoogde afname van postprandiale bloedglucosewaarden en een toename van frequentie en ernst van bijwerkingen op het maag-darmkanaal. Bij ernstige symptomen eventueel de dosis tijdelijk verlagen.
Zwangerschap
Teratogenese: Bij de mens onvoldoende gegevens. Bij dieren geen aanwijzingen voor schadelijkheid.
Advies: Gebruik ontraden.
Lactatie
Overgang in de moedermelk: Ja, bij dieren. Bij de mens onbekend.
Advies: Het gebruik van dit geneesmiddel of het geven van borstvoeding ontraden.
Contra-indicaties
Ontstekingsziekten van de darm, ulceratieve aandoeningen van de dikke darm, (pre-dispositie voor) gedeeltelijke darmobstructie, ernstige nierinsufficiëntie (creatinineklaring < 25 ml/min), ernstige leverinsufficiëntie.
Waarschuwingen
Wees voorzichtig bij chronische ingewandsstoornissen die gepaard gaan met duidelijke spijsverterings- en resorptiestoornissen en bij situaties die door een versterkte gasvorming in de darm kunnen verslechteren (bv. grotere ingewandsbreuk, vernauwing van de darm en colitis ulcerosa). Bij acute hypoglykemie glucose toedienen: saccharose (sucrose) is ongeschikt, aangezien het tijdens behandeling met acarbose langzamer in fructose en glucose wordt gesplitst. Bij hoge doses samen met koolhydraathoudend voedsel kunnen de bijwerkingen versterkt optreden; in dat geval de eerste 4–6 uur geen koolhydraten innemen. Gedurende de eerste 6–12 maanden van de behandeling tijdens controlebezoek de leverenzymwaarden bepalen. Bij een verhoging van de leverenzymwaarden kan een verlaging van de dosering of stoppen van de behandeling aangewezen zijn, in het bijzonder als de verhoging aanhoudt. De veiligheid en werkzaamheid bij kinderen <18 jaar zijn niet vastgesteld.
Overdosering
Eigenschappen
Alfa-glucosidaseremmer. Het is een pseudo-tetrasaccharide van microbiële oorsprong die competitief het enzym α-glucosidase in de dunne darm remt. Hierdoor wordt de afbraak van di-, oligo- en polysacchariden (uit de voeding) tot monosacchariden vertraagd. Op deze manier kan het stijging van het bloedglucosegehalte na de maaltijd verminderen of voorkomen. De bloedglucoseschommelingen worden kleiner en de gemiddelde waarden van het bloedglucosegehalte dalen. Acarbose veroorzaakt zelf geen hypoglykemie.
Kinetische gegevens
Resorptie | in onveranderde vorm nauwelijks, 35% na afbraak door spijsverteringsenzymen en darmbacteriën. |
Eliminatie | met de urine snel en volledig, met de feces 50% binnen 96 uur. |
T 1/2el | 9,6 ± 4,4 uur. |
Geneesmiddelgroep
acarbose hoort bij de groep orale bloedglucoseverlagende middelen, overige.