omalizumab
Samenstelling
Xolair Novartis Europharm ltd.
- Toedieningsvorm
- Injectievloeistof
- Sterkte
- 150 mg/ml
- Verpakkingsvorm
- wegwerpspuit 0,5 ml
- Toedieningsvorm
- Injectievloeistof
- Sterkte
- 150 mg/ml
- Verpakkingsvorm
- wegwerpspuit 1 ml
- Toedieningsvorm
- Poeder voor injectievloeistof
- Sterkte
- 150 mg
Met solvens. Bevat na reconstitutie 125 mg/ml; 1,2 ml.
Uitleg symbolen
XGVS | Dit geneesmiddel is niet opgenomen in het geneesmiddelenvergoedingssysteem (GVS). |
OTC | Over the counter, dit geneesmiddel is een zelfzorgmiddel. Aan de vergoeding van bepaalde zelfzorgmedicatie zijn nadere voorwaarden verbonden. Deze zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering. |
2 | Aan de vergoeding van dit geneesmiddel zijn bepaalde voorwaarden verbonden, die zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering. Deze voorwaarden kunnen betrekking hebben op de indicaties, de duur van de behandeling en het voorschrijven volgens een richtlijn/protocol. |
MNT | Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Extra aandacht wordt gevraagd voor onverwachte bijwerkingen. Meldt u dit via het meldformulier van het Lareb. |
Advies
Niet-medicamenteuze adviezen bij astma bestaan uit stoppen met roken, voldoende beweging, vermijding van prikkels en gewichtsreductie bij obesitas. Bij minder frequente astmaklachten (≤ 2×/week) is ’zo nodig’-gebruik van een kortwerkend β2-sympathicomimeticum aangewezen. Bij frequentere klachten (≥ 3×/week) en vaker gebruik van een kortwerkend β2-sympathicomimeticum, is onderhoudsbehandeling met een inhalatiecorticosteroïd (ICS) geïndiceerd. Indien hiermee onvoldoende astmacontrole wordt bereikt, kan een langwerkend β2-sympathicomimeticum worden toegevoegd aan de onderhoudsbehandeling met ICS. Omalizumab komt alleen in aanmerking bij patiënten vanaf 6 jaar met ernstig persisterend allergisch astma en onvoldoende respons op hoge doses inhalatiecorticosteroïden en een langwerkend β2-sympathicomimeticum. Beoordeel na 16 weken het effect van omalizumab.
Bij kinderen en jongeren van 6–18 jaar gebeurt indicatiestelling door een kinderarts-pulmonoloog met ruime ervaring in het behandelen van moeilijk behandelbaar of therapieresistent astma, op basis van de richtlijn: NVK richtlijn astma).
Indicaties
Als aanvullende behandeling bij:
- overtuigend IgE-gemedieerd ernstig astma, bij volwassen en adolescenten (≥ 12 jaar) met een positieve huidtest of in vitro reactiviteit tegen een permanent aanwezig aeroallergeen en een verminderde longfunctie (FEV1< 80%) om de astmacontrole te verbeteren;
- overtuigend IgE-gemedieerd ernstig astma bij kinderen (6–12 jaar) met een positieve huidtest of in vitro reactiviteit tegen een permanent aanwezig aeroallergeen om de astmacontrole te verbeteren;
- Deze patiënten (volwassenen en kinderen) hebben tevens overdag regelmatig symptomen of worden ’s nachts wakker en hebben meerdere gedocumenteerde ernstige exacerbaties van astma gehad, ondanks de dagelijkse hoge dosis inhalatiecorticosteroïden plus een langwerkende β2-agonist.
Daarnaast:
- Als aanvullende behandeling bij chronische spontane urticaria bij volwassenen en adolescenten (≥ 12 jaar) die onvoldoende reageren op behandeling met H1-antihistaminica.
Dosering
De behandeling starten door artsen die ervaring hebben met ernstig persistent astma. Bij patiënten met een IgE lager dan 76 IE/ml (≥ 12 j.) of een IgE lager dan 200 IE/ml (6–12 j.) is het optreden van een klinisch effect minder waarschijnlijk; behandeling bij deze patiënten alleen starten bij een onmiskenbare in vitro reactiviteit (RAST) op een permanent aanwezig allergeen. De patiënt dient minimaal 2 uur na de toediening onder medisch toezicht te blijven met het oog op acute overgevoeligheidsreacties.
Niet toepassen bij patiënten met aanvangswaarden van IgE < 30 IE/ml of > 1500 IE/ml, of met een lichaamsgewicht < 20 kg of > 150 kg.
Overtuigend IgE- gemedieerd ernstig astma:
Volwassenen, adolescenten en kinderen (≥ 6 j.):
Onderhoudsdosering: s.c. 75–600 mg per keer in 1 tot 4 injecties elke 2 of 4 weken; maximaal 150 mg per injectieplaats en 600 mg omalizumab iedere twee weken. De geschikte dosis en doseerfrequentie wordt bepaald aan de hand van de beginwaarde van het IgE-gehalte en het lichaamsgewicht. De doses aanpassen bij significante verandering in lichaamsgewicht (zoals tijdens de groei bij kinderen). Vóór de eerste dosering het IgE-gehalte van de patiënten vaststellen om het totaal serum-IgE te meten ter bepaling van de dosis. Na 16 weken de effectiviteit evalueren. Na staken of een tijdelijke onderbreking de dosisbepaling bij hervatten baseren op de initiële beginwaarde van het IgE-gehalte. Bij staken langer dan 1 jaar de beginwaarde opnieuw bepalen.
Chronische spontane urticaria:
Volwassenen en kinderen ≥ 12 jaar:
S.c. 300 mg 1×/4 weken. Herevalueer periodiek de noodzaak tot behandeling. Er is weinig ervaring met de behandeling > 6 maanden.
De injecties subcutaan toedienen in de deltavormige regio van de arm. Als er een reden is om die regio uit te sluiten kunnen de injecties in de dij worden toegediend. Toediening is voorbehouden aan een beroepsbeoefenaar in de gezondheidszorg.
Bijwerkingen
Vaak (1-10%): hoofdpijn, reacties op de injectieplaats zoals pijn, jeuk, erytheem, zwelling.
Soms (0,1-1%): misselijkheid, diarree, dyspepsie, gewichtstoename, moeheid, slaperigheid, duizeligheid, paresthesie, syncope, orthostatische hypotensie, blozen, hoesten, faryngitis, allergische bronchospasmen, urticaria, jeuk, fotosensibilisatie, opgezwollen armen, influenza-achtig beeld.
Zelden (0,01-0,1%): parasitaire infecties, lokale of systemische allergische reacties zoals laryngo-oedeem, angio-oedeem, anafylactische reacties, vorming van antilichamen.
Verder zijn gemeld: (ernstige) immuungemedieerde trombocytopenie, allergische granulomateuze vasculitis (met name churg-strausssyndroom), serumziekte waaronder koorts, lymfadenopathie, artralgie, gewrichtszwelling, huiduitslag. Myalgie, alopecia.
Bij kinderen < 12 jaar: Zeer vaak (> 10%): hoofdpijn, koorts.
Vaak (1-10%): pijn in de bovenbuik.
Interacties
Indirect kan behandeling met omalizumab de werkzaamheid van geneesmiddelen voor de behandeling van worm- of andere parasitaire infecties verminderen.
Zwangerschap
Omalizumab passeert de placenta.
Teratogenese: Bij de mens onbekend, bij dieren geen aanwijzingen voor schadelijkheid.
Advies: Alleen op strikte indicatie gebruiken.
Lactatie
Overgang in moedermelk: Onbekend. Ja, bij dieren.
Advies: Het gebruik van dit geneesmiddel of het geven van borstvoeding ontraden.
Contra-indicaties
Waarschuwingen
Behandeling met omalizumab alleen overwegen bij patiënten met overtuigend IgE-gemedieerd astma. Niet toepassen bij de behandeling van acute verergering van astma, acute bronchospasmen of status asthmaticus.
Wees voorzichtig bij auto-immuunziekten, immuuncomplexgemedieerde aandoeningen of reeds bestaande nier- of leverinsufficiëntie. Tevens bij patiënten die veel kans lopen op worminfecties, vooral wanneer zij naar gebieden reizen waar deze infecties endemisch zijn. Als patiënten niet reageren op de aanbevolen behandeling met anthelminthica, overweeg dan de behandeling met omalizumab te staken.
Lokale of systemische allergische reacties (waaronder anafylaxie/anafylactische shock) kunnen optreden, ook met aanvang na langdurige behandeling; gewoonlijk binnen 2 uur, maar ook 2–24 uur na injectie. De behandeling staken bij ernstige overgevoeligheidsreacties. Bij hyperimmunoglobuline E-syndroom of allergische bronchopulmonaire aspergillose of voor de preventie van anafylactische reacties (waaronder die reacties die worden veroorzaakt door voedselallergie), atopische dermatitis of allergische rinitis is omalizumab niet onderzocht.
Effect is pas aangetoond na ten minste 12–16 weken behandeling. Na 16 weken het effect van de behandeling beoordelen alvorens die te vervolgen met de injectie.
Behandeling met systemische of inhalatiecorticosteroïden niet abrupt staken. Bij vermindering van systemische corticosteroïdbehandeling alert zijn op symptomen van eosinofilie, zoals vasculitische huiduitslag, achteruitgang van pulmonale symptomen, paranasale sinusafwijkingen, cardiale complicaties en/of neuropathie.
Overdosering
Eigenschappen
Een met behulp van recombinant-DNA-technologie vervaardigd gehumaniseerd monoklonaal antilichaam, dat zich selectief bindt aan humaan immunoglobuline E (IgE). Het voorkomt binding van IgE aan de hoog-affiene FCεRI-receptor, waardoor de hoeveelheid vrij IgE die beschikbaar is om een allergische cascade teweeg te brengen, afneemt. Binnen 1 uur na injectie wordt de serumconcentratie vrij IgE verlaagd. De gemiddelde vermindering is 84–99% van de beginwaarde.
Kinetische gegevens
Resorptie | traag na enkelvoudige dosering. |
F | ca. 62%. De farmacokinetiek neemt evenredig toe bij doses hoger dan 0,5 mg/kg. |
T max | ca. 7–8 dagen. |
Metabolisering | bij de klaring van omalizumab zijn zowel IgG-klaringsprocessen betrokken als klaring via specifieke binding en complexvorming met het target-ligand, IgE. Eliminatie van IgG door de lever omvat afbraak in het weefselmacrofagensysteem en endotheelcellen. Intact IgG wordt ook in gal uitgescheiden. |
T 1/2 | ca. 26 dagen, waarbij de schijnbare klaring 2,4 ± 1,1 ml/kg/dag is. Bij verdubbeling van het lichaamsgewicht verdubbelt de schijnbare klaring. |
Geneesmiddelgroep
omalizumab hoort bij de groep monoklonale antilichamen, pulmonaal.