codeïne
Samenstelling
Bronchicum Extra Sterk Natterman (als fosfaat) OJG consumercare bv
- Toedieningsvorm
- Stroop
- Sterkte
- 0,39 mg/ml
- Verpakkingsvorm
- 100 ml, 200 ml
Bevat ethanol 10 mg/ml. Bevat tevens per ml: 280 mg honing, 270 mg saccharose en 140 mg glucose.
Codeïne Tabletten (als fosfaat) Diverse fabrikanten
- Toedieningsvorm
- Tablet
- Sterkte
- 10 mg, 15 mg, 20 mg
Melrosum Extra Sterk Natterman (als fosfaat) Vemedia bv
- Toedieningsvorm
- Stroop
- Sterkte
- 0,39 mg/ml
- Verpakkingsvorm
- 100 ml
Bevat ethanol 10 mg/ml. Bevat tevens per ml: 280 mg honing, 270 mg saccharose en 140 mg glucose..
Uitleg symbolen
XGVS | Dit geneesmiddel is niet opgenomen in het geneesmiddelenvergoedingssysteem (GVS). |
OTC | Over the counter, dit geneesmiddel is een zelfzorgmiddel. Aan de vergoeding van bepaalde zelfzorgmedicatie zijn nadere voorwaarden verbonden. Deze zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering. |
2 | Aan de vergoeding van dit geneesmiddel zijn bepaalde voorwaarden verbonden, die zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering. Deze voorwaarden kunnen betrekking hebben op de indicaties, de duur van de behandeling en het voorschrijven volgens een richtlijn/protocol. |
MNT | Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Extra aandacht wordt gevraagd voor onverwachte bijwerkingen. Meldt u dit via het meldformulier van het Lareb. |
Advies
Het gebruik van codeïne tegen acuut hoesten wordt niet aangeraden, vanwege onvoldoende effectiviteit en het optreden van bijwerkingen zoals obstipatie. Voor de keuze van de juiste standaardbehandeling van Acuut hoesten zie Acuut hoesten.
Indicaties
- (Droge) hoest.
Tabletten daarnaast:
- acute matige pijn bij volwassenen en kinderen ≥ 12 jaar, indien andere pijnstillers (zoals paracetamol of ibuprofen) alleen de pijn niet kunnen verlichten.
Dosering
Zo kort mogelijk gebruiken (max. 3 dagen) en in de laagst werkzame dosis.
Hoest:
Volwassenen:
Tabletten: 10–20 mg elke 6 uur, max. 120 mg/dag; stroop: 20 ml (= 7,8 mg codeïne) max. 4×/dag.
Kinderen ≥ 12 jaar:
Tabletten: 5–10 mg elke 6 uur, zo nodig verhogen tot max. 60 mg/dag. Stroop: 20 ml (= 7,8 mg codeïne) max. 4×/dag.
Pijn:
Volwassenen:
Tabletten: 30–60 mg per keer, zo nodig elke 6 uur; max. 240 mg/dag.
Kinderen ≥ 12 jaar:
Tabletten: 0,5–1 mg/kg lichaamsgewicht per keer, zo nodig elke 6 uur; zo nodig verhogen tot max. 240 mg/dag.
Bij doses hoger dan 60 mg neemt het analgetisch effect niet verder toe, wél de kans op bijwerkingen.
Pas bij CYP2D6-polymorfisme zonodig de dosering of het middel aan in overleg met de apotheker.
Bijwerkingen
Meest frequent: bij gebruik als hoestmiddel misselijkheid, braken, obstipatie, duizeligheid, hartkloppingen en jeuk.
Verder hoofdpijn, dorst, duizeligheid, sufheid, slaperigheid, stemmingsveranderingen, zwakheid, hallucinaties, verwardheid, desoriëntatie, convulsies, visusstoornissen, tachycardie, bradycardie, flauwvallen, orthostatische hypotensie, galwegspasme, pancreatitis, oligurie, urineretentie. Bij hoge doses: opwinding en angst.
Zelden: allergische huidreacties, anafylactische reacties, toename colonmotiliteit of toxische colondilatatie bij chronische colitis ulcerosa. In het bijzonder bij kleine kinderen: convulsies en hypotensie. Ademhalingsdepressie, vooral bij hoge dosering en bij kleine kinderen.
Bij opvallend weinig werkzaamheid of bij meer of ernstiger bijwerkingen kan sprake zijn van een CYP2D6-polymorfisme.
Interacties
Gelijktijdig gebruik van alcohol, andere centraal depressieve stoffen (zoals MAO-remmers, anesthetica, antipsychotica, anxiolytica, hypnotica en sedativa) en cimetidine kan de depressieve werking op het centrale zenuwstelsel versterken (meer kans op ademhalingsdepressie, versterkte sedering). Codeïne pas twee weken na staken van het gebruik van MAO-remmers gebruiken.
Combinatie met een gemengde opioïd-agonist/antagonist (buprenorfine, nalbufine) wordt ontraden vanwege mogelijke vermindering van het analgetische effect.
Zwangerschap
Codeïne passeert de placenta.
Teratogenese: Bij de mens, onvoldoende gegevens. Bij dieren geen aanwijzingen voor schadelijkheid.
Farmacologisch effect: Gebruik vlak voor of tijdens de bevalling kan ademdepressie bij de neonaat veroorzaken. Langdurig gebruik van opioïden tijdens de zwangerschap veroorzaakt onthoudingsverschijnselen bij de neonaat.
Advies: Alleen op strikte indicatie gebruiken, in een dosering van < 20 mg per keer.
Lactatie
Overgang in de moedermelk: Ja (codeïne en de metaboliet morfine).
Advies: Het gebruik van dit geneesmiddel of het geven van borstvoeding is gecontra-indiceerd.
Contra-indicaties
- verminderde ademreserve (emfyseem, astma);
- hersentrauma, verhoogde intracraniale druk, convulsieve aandoeningen;
- leverinsufficiëntie. Ultra-rapid CYP2D6-metabolizer;
- als analgeticum bij kinderen (< 18 jaar) die een tonsillectomie en/of adenoïdectomie ondergaan ter behandeling van obstructieve slaapapneu, wegens meer kans op het ontwikkelen van ernstige en levensbedreigende ademhalingsdepressie.
Zie ook de rubriek Lactatie.
Waarschuwingen
Bij opvallend weinig werkzaamheid of bij meer of ernstiger bijwerkingen kan sprake zijn van een CYP2D6-polymorfisme.
Gebruik wordt ontraden bij kinderen bij wie de respiratoire functie mogelijk verminderd is, zoals bij neuromusculaire aandoeningen, ernstige cardiale of respiratoire aandoeningen, infecties van de bovenste of onderste luchtwegen, multipel trauma of uitgebreide operatieve behandelingen.
Wees voorzichtig bij koorts, colitis ulcerosa, stricturen van de urethra, recente abdominale of renale operatie, ernstig gestoorde nierfunctie, bijnierschorsinsufficiëntie, prostaathyperplasie, hypothyreoïdie, onbehandeld myxoedeem, cardiovasculaire aandoeningen, toxische psychose, galblaasaandoeningen of galstenen, acute buikaandoening, shock en bij ouderen.
Bij supraventriculaire tachycardie in de voorgeschiedenis rekening houden met de vagolytische werking van codeïne.
Vanwege het optreden van obstipatie wordt aanbevolen gelijktijdig een laxans te gebruiken.
Gewenning en afhankelijkheid kunnen – hoewel zelden – optreden.
De stroop bevat tevens 1 vol % alcohol (ethanol); wees voorzichtig bij o.a. alcoholisme, zwangeren, kinderen en bij epilepsie.
Het gebruik kan leiden tot verminderd reactie- en concentratievermogen. Vele dagelijkse bezigheden (bv. autorijden) kunnen daarvan hinder ondervinden.
Overdosering
Symptomen
ademhalingsdepressie of apneu (kan pas uren later optreden), depressie van het centrale zenuwstelsel (van stupor tot coma), ARDS, roodkleuring van de huid, miosis, spasmen, hypothermie, bradycardie, hypotensie en shock.
Voor meer informatie over symptomen en behandeling zie toxicologie.org/opioiden of vergiftigingen.info.
Eigenschappen
Opiumalkaloïd met analgetische en hoestprikkeldempende werking. Werking: bij inname op lege maag na 15–30 min, max. na 1–2 uur. Werkingsduur: 3–4 uur. Codeïne valt onder de bepalingen van de Opiumwet, maar niet in zijn volle omvang.
Kinetische gegevens
Resorptie | goed. |
T max | 1–2 uur. |
V d | ca. 2,5 l/kg. |
Metabolisering | in de lever door CYP3A4 tot norcodeïne en door CYP2D6 tot morfine (10%). |
Eliminatie | met de urine onveranderd (10%) en als metabolieten. |
T 1/2 | 3–4 uur, bij leverinsufficiëntie langer, bij overdosering 6 uur. |
Geneesmiddelgroep
codeïne hoort bij de groep hoestprikkeldempende middelen.