Kaliumchloride (parenteraal)

Publish

Samenstelling

Kaliumchloride voor infuus Diverse fabrikanten

Toedieningsvorm
Concentraat voor infusievloeistof
Sterkte
74,6 mg/ml
Verpakkingsvorm
ampul 10 ml

74,6 mg komt overeen met 1 mmol.

Toedieningsvorm
Concentraat voor infusievloeistof
Sterkte
100 mg/ml
Verpakkingsvorm
ampul 10 ml

100 mg komt overeen met 1,34 mmol.

Uitleg symbolen

XGVS Dit geneesmiddel is niet opgenomen in het geneesmiddelenvergoedingssysteem (GVS).
OTC Over the counter, dit geneesmiddel is een zelfzorgmiddel. Aan de vergoeding van bepaalde zelfzorgmedicatie zijn nadere voorwaarden verbonden. Deze zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering.
2 Aan de vergoeding van dit geneesmiddel zijn bepaalde voorwaarden verbonden, die zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering. Deze voorwaarden kunnen betrekking hebben op de indicaties, de duur van de behandeling en het voorschrijven volgens een richtlijn/protocol.
MNT Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Extra aandacht wordt gevraagd voor onverwachte bijwerkingen. Meldt u dit via het meldformulier van het Lareb.

kaliumchloride (parenteraal) vergelijken met een ander geneesmiddel.

Advies

De toepassing van kaliumchloride voor infuus dient te worden beperkt tot de kliniek.

Indicaties

  • Preventie en behandeling van kaliumdeficiëntie en/of hypokaliëmie.

Dosering

Het concentraat voor infusievloeistof vóór gebruik verdunnen tot de gebruikelijke concentratie van 20 mmol/l; maximaal 40 mmol/l.

De verdunde en goed gehomogeniseerde oplossing langzaam i.v. toedienen in een grote perifere of centrale vene onder controle van het ECG en de serumplasmaconcentratie.

Klap alles open Klap alles dicht

Hypokaliëmie:

Volwassenen:

Dosering is afhankelijk van de toestand van de patiënt. De maximale concentratie die mag worden toegediend bedraagt 40 mmol/l, de maximale infusiesnelheid is 20 mmol/uur, de maximale dosering is 80 mmol/dag. In uitzonderlijke gevallen kunnen hogere concentratie en infusiesnelheid nodig zijn (bv. bij ernstige hypokaliëmie of diabetische ketoacidose). Genoemd wordt maximaal 2–3 mmol/kg lichaamsgewicht/dag.

Kinderen van 1–18 jaar:

De maximale dosering is bij een lichaamsgewicht < 25 kg 3 mmol/kg/dag na verdunnen tot 20 mmol/l; bij een lichaamsgewicht ≥ 25 kg max. 80 mmol/dag (volwassenendosering). De maximale concentratie is volgens het Kinderformularium van het NKFK: 0,08 mmol/ml (= 40 mmol/500 ml).

Bij nierpatiënten is een lagere dosering aangewezen.

Bijwerkingen

Infectie en/of pijn op de injectieplaats, flebitis, lokale trombose, koorts. Risico van hyperkaliëmie (vooral bij nier- of bijnierschorsinsufficiëntie) met als mogelijke symptomen o.a. paresthesie, spierzwakte, verlamming, hypotensie, hartritmestoornissen, hartblok en hartstilstand, lusteloosheid, verwardheid.

Interacties

In verband met een toegenomen kans op hyperkaliëmie gelijktijdig gebruik met kaliumsparende diuretica vermijden.

Hyperkaliëmie kan tevens optreden in combinatie met geneesmiddelen die de kaliumconcentratie verhogen en geneesmiddelen die kalium bevatten, zoals ACE-remmers, AT1-antagonisten, NSAID’s, ciclosporine, tacrolimus, mannitol (i.v.), heparine en oncolytica.

Gelijktijdig gebruik met corticoïden, insuline en vloeistoffen die glucose bevatten eveneens vermijden in verband met het risico van een verdere verlaging van de kaliumconcentratie.

Zwangerschap

Farmacologisch effect: Hyperkaliëmie en hypokaliëmie leiden o.a. tot een verminderde hartfunctie bij moeder en foetus.
Advies: Kan worden gebruikt indien de elektrolytspiegels van de moeder binnen de fysiologische grenzen blijven.

Lactatie

Overgang in de moedermelk: Ja.
Advies: Kan worden gebruikt indien de elektrolytspiegels van de moeder binnen de binnen fysiologische grenzen blijven.

Contra-indicaties

  • ernstige nierinsufficiëntie (met oligurie, anurie);
  • ziekte van Addison;
  • hyperchloremie;
  • hyperkaliëmie.

Waarschuwingen

De serumkaliumconcentratie is slechts een beperkte afspiegeling van de totale lichaamsvoorraad kalium, vooral bij parenterale suppletie. Tijdens de toediening zorgen voor een goede urineproductie en vochtbalans. Herhaalde metingen van plasmakaliumconcentratie zijn nodig om te bepalen of verdere infusies nodig zijn en om de ontwikkeling van hyperkaliëmie te vermijden. Wees zeer voorzichtig bij cardiale problemen (hartfalen, aritmieën, myocardinfarct) en bij een vergroot risico van hyperkaliëmie zoals bij licht tot matig gestoorde nierfunctie, acute dehydratie, uitgebreide weefselbeschadiging (bv. ernstige brandwonden, uitgebreide hemolyse, crush-syndroom). Regelmatig de klinische status, plasma elektrolyten, bloedglucoseconcentratie, creatinine- en ureumconcentratie en het zuur-base-evenwicht controleren, vooral bij patiënten met gestoorde hart- en/of nierfunctie.

Een te lage serumkaliumconcentratie kan bij patiënten die digoxine gebruiken leiden tot cardiotoxiciteit; extra controle van de serumkaliumconcentratie is noodzakelijk bij staken van de kaliumtoediening.

Overdosering

Symptomen
Symptomen van hyperkaliëmie, zoals cardiale aritmieën, pijn op de borst, spierzwakte en verlamming.

Therapie
cardiotoxiciteit behandelen met langzame i.v.-toediening van calciumgluconaat onder controle van ECG (cave: niet bij patiënten die digoxine gebruiken). De behandeling vervolgen met glucose-infuus in combinatie met insuline; tevens de eliminatie van kalium bevorderen door kationenuitwisseling, hemodialyse of peritoneale dialyse.

Voor meer informatie over symptomen en behandeling van een vergiftiging met kaliumchloride/hyperkaliëmie zie de monografie kaliumzouten op toxicologie.org.

Eigenschappen

Kalium is essentieel voor het zuur-base evenwicht, de isotonie en de elektrodynamische eigenschappen van de cel.

Kinetische gegevens

Eliminatievnl. met de urine, waar kalium in de distale tubulus actief tegen natrium-, waterstof- en ammoniumionen wordt uitgewisseld.