Kaliumchloride/glucose

Publish

Samenstelling

Kaliumchloride-glucose Infusievloeistof Braun Medical bv

Toedieningsvorm
Infusievloeistof ’1,5/50’
Verpakkingsvorm
500 ml

Bevat per ml infusievloeistof: kaliumchloride 1,5 mg en glucose 50 mg. De ’1,5/50’ infusievloeistof bevat kalium 20 mmol/liter en chloride 20 mmol/liter.

Toedieningsvorm
Infusievloeistof ’3/50’
Verpakkingsvorm
500 ml

Bevat per ml infusievloeistof: kaliumchloride 3 mg en glucose 50 mg. De ’3/50’ infusievloeistof bevat kalium 40 mmol/liter en chloride 40 mmol/liter.

Uitleg symbolen

XGVS Dit geneesmiddel is niet opgenomen in het geneesmiddelenvergoedingssysteem (GVS).
OTC Over the counter, dit geneesmiddel is een zelfzorgmiddel. Aan de vergoeding van bepaalde zelfzorgmedicatie zijn nadere voorwaarden verbonden. Deze zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering.
2 Aan de vergoeding van dit geneesmiddel zijn bepaalde voorwaarden verbonden, die zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering. Deze voorwaarden kunnen betrekking hebben op de indicaties, de duur van de behandeling en het voorschrijven volgens een richtlijn/protocol.
MNT Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Extra aandacht wordt gevraagd voor onverwachte bijwerkingen. Meldt u dit via het meldformulier van het Lareb.

kaliumchloride/glucose vergelijken met een ander geneesmiddel.

Advies

Voor kaliumchloride/glucose infusievloeistof is geen advies vastgesteld over de plaats in de medicamenteuze behandeling.

Indicaties

Correctie van hypokaliëmie en handhaving van de kalium-ionhomeostase als een toevoer van energie vereist is.

Dosering

Klap alles open Klap alles dicht

Correctie van hypokaliëmie:

De dosering en infusiesnelheid bepalen m.b.v. ECG en serumelektrolytencontrole. Richtlijn: bij een serum kalium >2,5 mmol/l is de maximale infusiesnelheid 10 mmol/uur, en de maximale concentratie 40 mmol/l. Bij een serumkalium < 2 mmol/l maximale infusiesnelheid 40 mmol/uur, maximale concentratie 80 mmol/l. Maximale dosering kalium 2–3 mmol/kg lichaamsgewicht/24 uur, glucose maximaal 3–4 g/kg lichaamsgewicht per 24 uur. Meestal is dit maximaal 40 ml/kg/dag.

Bijwerkingen

Lokale pijn of aderontsteking. Bij ernstige nierfunctie- of stofwisselingsstoornissen of bij te snelle of bovenmatige toediening: overhydratie, hyperglykemie, kaliumintoxicatie. Symptomen van hyperkaliëmie zijn paresthesieën van de extremiteiten, spier- of ademhalingsverlamming, areflexie, algehele zwakte, lusteloosheid, koude huid, grijze gelaatskleur, verwardheid, zwakte en zwaar aanvoelen van de benen, hypotensie, hartritmestoornis, ECG-afwijkingen, hartstilstand.

Interacties

Niet met, voor of na bloed toedienen via dezelfde infusieuitrusting wegens kans op pseudoagglutinatie.

Corticosteroïden kunnen de glucosetolerantie verminderen.

Voorzichtigheid is geboden in combinatie met digoxine, met name bij het beëindigen van de kaliumtoediening omdat hypokaliëmie digoxinetoxiciteit kan veroorzaken.

Wees voorzichtig bij geneesmiddelen die kalium bevatten of hyperkaliëmie kunnen geven, zoals bepaalde diuretica, ACE-remmers, angiotensine-II-antagonisten (ARB’s), ciclosporine en tacrolimus.

Zwangerschap

Teratogenese: Zowel bij de mens als bij dieren onvoldoende gegevens. Er worden geen toxische effecten verwacht.
Farmacologisch effect: Bij gebruik tijdens de bevalling mogelijk foetale hyperglykemie, hyperinsulinemie en acidose, gevolgd door neonatale hypoglykemie.
Advies: Alleen op strikte indicatie gebruiken.

Lactatie

Overgang in de moedermelk: Onbekend.
Farmacologisch effect: Toxische effecten worden niet verwacht, omdat alle componenten van nature in het lichaam aanwezig zijn.
Advies: Kan, voor zover bekend zonder gevaar, volgens voorschrift worden gebruikt.

Contra-indicaties

  • ernstig nierfalen met oligurie, anurie of uremie;
  • hoofdtrauma (eerste 24 uur);
  • acute ischemisch cerebrovasculair accident;
  • hyperhydratie;
  • hyperkaliëmie;
  • hyperchloremie.

Waarschuwingen

Bepaal vooraf of de nierfunctie voldoende is. Behandeling staken bij tekenen van ontwikkeling van nierfalen.

De behandeling volgen met ECG’s en periodieke controle van elektrolyten- en vochtbalans. Bij kinderen de elektrolyten- en vochtbalans extra nauwlettend volgen.

Wees voorzichtig bij patiënten met hartziekte, stuwing of longoedeem, hypotone dehydratie, hyponatriëmie, diabetes, glucose-intolerantie, de ziekte van Addison.

Overdosering

Symptomen
Verschijnselen van verstoring van de kaliumhomeostase, zoals hyperkaliëmie en hyperhydratie. Symptomen van hyperkaliëmie zijn paresthesieën van de extremiteiten, spier- of ademhalingsverlamming, areflexie, algehele zwakte, lusteloosheid, koude huid, grijze gelaatskleur, verwardheid, zwakte en zwaar aanvoelen van de benen, hypotensie, hartritmestoornis, ECG-afwijkingen, hartstilstand. Als gevolg van te veel chloridetoediening: verlies van bicarbonaat, met verzurend effect.

Therapie
ECG-monitoring. Eventueel: verhoging urinestroom, natriumwaterstofcarbonaat. Eventueel insuline om de cellulaire opname van kalium te verhogen en glucose om hypoglykemie te voorkomen. Eventueel calciumgluconaat om cardiotoxische effecten van kalium te neutraliseren. Voorzichtigheid is geboden bij digoxinegebruik, omdat snelle verlaging van de kaliumspiegel de digoxine-werking kan versterken. Bij nierfalen: hemodialyse of peritoneale dialyse.

Voor meer informatie over symptomen en behandeling van een vergiftiging met kaliumchloride/hyperkaliëmie zie de monografie kaliumzouten op toxicologie.org.

Eigenschappen

Kalium is essentieel voor het zuur-base evenwicht, de isotonie en de elektrodynamische eigenschappen van de cel. Chloride speelt een belangrijke rol in de regulatie van het zuur-base-evenwicht. Glucose en derivaten ervan worden in het lichaam gebruikt voor energielevering, modificatie van eiwitten en lipiden, vorming van mucopolysacchariden en lactose, als componenten van nucleïnezuren en als conjugaten voor de uitscheiding van diverse verbindingen.

Kinetische gegevens

MetaboliseringGlucose wordt geoxideerd, of opgeslagen als glycogeen of omgezet in vet.
EliminatieKalium en chloride vooral via de nieren.