l-carnitine
Samenstelling
Carnitene sigma–tau Sigma Tau bv
- Toedieningsvorm
- Drank
- Sterkte
- 100 mg/ml
- Verpakkingsvorm
- 100 ml
- Toedieningsvorm
- Injectievloeistof
- Sterkte
- 200 mg/ml
- Verpakkingsvorm
- 5 ml
- Toedieningsvorm
- Tablet
- Sterkte
- 330 mg
Uitleg symbolen
XGVS | Dit geneesmiddel is niet opgenomen in het geneesmiddelenvergoedingssysteem (GVS). |
OTC | Over the counter, dit geneesmiddel is een zelfzorgmiddel. Aan de vergoeding van bepaalde zelfzorgmedicatie zijn nadere voorwaarden verbonden. Deze zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering. |
2 | Aan de vergoeding van dit geneesmiddel zijn bepaalde voorwaarden verbonden, die zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering. Deze voorwaarden kunnen betrekking hebben op de indicaties, de duur van de behandeling en het voorschrijven volgens een richtlijn/protocol. |
MNT | Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Extra aandacht wordt gevraagd voor onverwachte bijwerkingen. Meldt u dit via het meldformulier van het Lareb. |
Advies
De toepassing van L–carnitine dient te worden beperkt tot (zeer zelden voorkomende) primaire carnitinedeficiëntie.
Indicaties
Drank en tablet: Primaire (systemische) carnitinedeficiëntie.
Injectievloeistof: Primaire (systemische) carnitinedeficiëntie in acute gevallen en als orale toediening niet mogelijk is en bij patiënten met een dialyse-gerelateerde carnitinestoornis.
Dosering
Indien mogelijk doseren op geleide van carnitinebloed-/weefselspiegels, zeker bij verminderde nierfunctie (GFR ≤ 10 ml/min).
Primaire (systemische) carnitine deficiëntie:
Volwassenen en kinderen > 12 jaar:
Oraal: 20–40 mg/kg lichaamsgewicht, gemiddeld 2–4 g per dag in 2–3 doses.
Kinderen tot 12 jaar:
Oraal: 50–100 mg/kg, gemiddeld 2 g per dag in 2–3 doses.
Zuigelingen:
Oraal: 100–150 mg/kg, gemiddeld 1 g per dag in 2–3 doses.
Algemeen:
Wanneer geen verbetering optreedt in de klinische en biochemische symptomen, kan de dosering gedurende korte tijd worden verhoogd; max. 15 g per dag.
In acute situaties en als orale toediening niet mogelijk is:
Volwassenen en kinderen > 12 jaar:
Maximaal 10 mg/kg lichaamsgewicht langzaam i.v. in 3 minuten.
Kinderen tot 12 jaar:
Maximaal 20 mg/kg lichaamsgewicht langzaam i.v. in 3 minuten.
Zuigelingen:
Maximaal 30 mg/kg lichaamsgewicht langzaam i.v. in 3 minuten.
Dialyse-gerelateerde carnitinestoornis:
Volwassenen:
Na beëindiging van elke hemodialyse: 20 mg/kg lichaamsgewicht langzaam i.v. via een verblijfscanule. Normaal is 1000 tot 2000 mg voldoende.
Bijwerkingen
Soms (0,1-1%): misselijkheid en braken. Diarree, met name na hoge i.v. dosering.
Zeer zelden (< 0,01%): convulsies, toename van ernst of frequentie van epilepsie. Visachtige lichaamsgeur na langdurige behandeling met hoge doses.
Verder is gemeld: verhoogde INR.
Interacties
Valproïnezuur en zidovudine kunnen leiden tot levocarnitinedeficiëntie.
Gelijktijdig gebruik met orale anticoagulantia kan een verhoogde INR geven; wekelijkse INR–controle wordt aanbevolen.
Zwangerschap
Teratogenese: Bij de mens, onvoldoende gegevens. Bij dieren geen aanwijzingen voor schadelijkheid.
Advies: Alleen op strikte indicatie gebruiken.
Lactatie
Overgang in de moedermelk: Onbekend, maar levocarnitine is een fysiologisch bestanddeel van moedermelk.
Advies: Een mogelijk nadeel van een teveel aan levocarnitine bij het kind afwegen tegen de voordelen van toediening aan de moeder.
Contra-indicaties
Waarschuwingen
Bij verminderde nierfunctie de dosering aanpassen op geleide van de plasmaspiegel.
Bij dialyse-patiënten wordt toediening van hoge orale doses gedurende lange perioden ontraden. Bij dialyse-gerelateerde carnitinestoornis de klinische reactie op de behandeling met een interval van 3 maanden evalueren; de behandeling staken als tussen 9 en 12 maanden geen klinische verbetering optreedt.
Bij diabetes regelmatig de bloedsuikerspiegel controleren, omdat hypoglykemie kan optreden.
Overdosering
Symptomen
leverfunctiestoornissen.
Voor meer informatie over een vergitiging met L-carnitine neem contact op met het Nationaal Vergiftigingen Informatie Centrum.
Eigenschappen
Lichaamseigen stof, L-aminozuurderivaat, voornamelijk gevormd door endogene synthese uit lysine en methionine in de lever en de nier, maar kan ook worden verkregen uit de voeding. Speelt een rol in het metabolisme van lipiden, ketonlichamen en vertakte-keten aminozuren. Levocarnitine is noodzakelijk voor het transport van lang-keten vetzuren over het binnenmembraan van de mitochondria naar de mitochondriale matrix, waar de β-oxidatie plaatsvindt met als resultaat productie van ATP.
Kinetische gegevens
Resorptie | relatief langzaam in dunne darm. |
F | < 10% en zeer variabel. |
Eliminatie | voornamelijk met de urine. |
Geneesmiddelgroep
l-carnitine hoort bij de groep middelen bij metabole aandoeningen, aminozuren.