levobunolol
Samenstelling
Betagan Liquifilm (hydrochloride) Allergan bv
- Toedieningsvorm
- Oogdruppels (0,5%)
- Sterkte
- 5 mg/ml
- Verpakkingsvorm
- 5 ml
Conserveermiddel: benzalkoniumchloride. Bevat tevens: natriummetabisulfiet.
Uitleg symbolen
XGVS | Dit geneesmiddel is niet opgenomen in het geneesmiddelenvergoedingssysteem (GVS). |
OTC | Over the counter, dit geneesmiddel is een zelfzorgmiddel. Aan de vergoeding van bepaalde zelfzorgmedicatie zijn nadere voorwaarden verbonden. Deze zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering. |
2 | Aan de vergoeding van dit geneesmiddel zijn bepaalde voorwaarden verbonden, die zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering. Deze voorwaarden kunnen betrekking hebben op de indicaties, de duur van de behandeling en het voorschrijven volgens een richtlijn/protocol. |
MNT | Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Extra aandacht wordt gevraagd voor onverwachte bijwerkingen. Meldt u dit via het meldformulier van het Lareb. |
Advies
Behandeling van glaucoom dient door een oogarts te gebeuren. Glaucoom wordt medicamenteus vooral behandeld met plaatselijk toegediende middelen.
Bij open-kamerhoekglaucoom zijn oogdruppels met timolol of een prostaglandine-analogon de eerstekeusbehandeling. Bij onvoldoende effect of bij intolerantie voor een van beide middelen wordt eerst het andere middel van de eerstekeusbehandeling als monotherapie aanbevolen. Alternatieven voor bovenstaande monotherapie zijn monotherapie met een lokale koolzuuranhydraseremmer, een andere β-blokker of α2-agonist. Wanneer monotherapie onvoldoende effect heeft, worden geneesmiddelen met verschillende aangrijpingspunten gecombineerd. Als er meer dan twee middelen nodig zijn is een laserbehandeling of operatie, te overwegen.
Bij nauwe-kamerhoekglaucoom kiest men voor een laserbehandeling en/of een operatie, ondersteund door een medicamenteuze behandeling.
Indicaties
Verlaging van de intra-oculaire druk bij:
- Open-kamerhoekglaucoom (glaucoma simplex).
- Bepaalde vormen van secundair glaucoom.
Dosering
Volwassenen:
1 druppel 2×/dag in het aangedane oog. Na stabilisatie van de gecorrigeerde intra-oculaire druk kan worden overgegaan tot een dosering van 1 druppel 1×/dag.
Als een dosis wordt vergeten, behandeling volgens schema voortzetten met de volgende dosis.
Wanneer wordt overgeschakeld van een ander antiglaucoommiddel naar dit middel, het gebruik van het andere middel staken en de volgende dag starten met dit middel.
Door tijdens en direct na toediening de traanbuis 1–3 minuten dicht te drukken wordt voorkomen dat de oogdruppel afvloeit naar neus- en keelholte; hierdoor is er minder kans op systemische reacties.
Bij gebruik van meerdere soorten oogpreparaten deze toedienen met een interval van ten minste vijf minuten. De oogdruppels die de minste irritatie geven als eerste en viskeuze oogdruppels of oogzalven als laatste toedienen.
Bijwerkingen
Lokale bijwerkingen: Zeer vaak (> 10%): oogklachten (pijn en irritatie).
Vaak (1-10%): blefaritis, conjunctivitis.
Verder zijn gemeld: andere oogklachten (droogte, jeuk, wazig zien), verminderde corneale reflex, iridocyclitis, gestippelde) keratitis, allergische conjunctivitis, hyperemie, oogoedeem, afscheiding uit het oog, verhoogde traanproductie, jeuk van oogleden, erytheem van het ooglid, eczeem van het ooglid, oedeem van oogleden.
Systemische bijwerkingen: Gemeld zijn: depressie. Vermoeidheid. Hoofdpijn, duizeligheid, verwardheid, slaperigheid, slapeloosheid. Bradycardie, syncope, hartkloppingen, AV-blok. Hypotensie, fenomeen van Raynaud. Astma, dyspneu, keelirritatie, nasaal ongemak, Misselijkheid. Jeuk, huiduitslag, urticaria, (allergische) contactdermatitis, huidexfoliatie, lichenoïde keratose. Gezichtsoedeem.
Interacties
Bij gelijktijdig gebruik van orale β-blokkers, calciumantagonisten en middelen die catecholaminedepletie veroorzaken, digoxine, klasse I-anti-aritmica, amiodaron of inhalatie-anesthetica kan een additief effect – zowel lokaal als systemisch – optreden met onder andere hypotensie en/of bradycardie. Gelijktijdig gebruik van bètablokkers en clonidine vergroot het risico van bradycarde ritmestoornissen. Een hypertensieve reactie na abrupt stoppen met clonidine kan worden versterkt bij gebruik van β-blokkers. De meeste niet-selectieve β-blokkers verhogen de frequentie en de ernst van hypoglykemie bij gebruik van insuline en/of orale bloedglucoseverlagende middelen. Een enkele keer is mydriase vermeld na gelijktijdige toediening met adrenaline (epinefrine). Het gebruik van twee of meer prostaglandinen wordt daarom ontraden.
Zwangerschap
Teratogenese: Zowel bij mens als bij dieren, onvoldoende gegevens.
Farmacologisch effect: Bij systemische opname is intra-uteriene groeivertraging mogelijk. Bij gebruik tijdens zwangerschap en partus kunnen symptomen van β-blokkade (zoals bradycardie, hypotensie, hypoglykemie en ademhalingsstoornissen) optreden bij foetus en neonaat.
Advies: Alleen op strikte indicatie gebruiken. Bij behandeling tot aan bevalling is controle van de pasgeborene (hartfunctie en hypoglykemie tijdens de eerste 3–5 dagen na de geboorte) aangewezen. Door de traanbuis korte tijd (1–3 minuten) dichtgedrukt te houden na toediening van de oogdruppel kan de systemische resorptie beperkt worden.
Lactatie
Overgang in de moedermelk: Ja, in geringe mate.
Farmacologisch effect: Gezien de geringe systemische absorptie bij de moeder na oculaire toediening, worden geen effecten op de zuigeling verwacht.
Advies: Kan (voor zover bekend zonder gevaar) volgens voorschrift worden gebruikt.
Contra-indicaties
Reactieve luchtwegaandoeningen met inbegrip van (actuele of doorgemaakte) astma bronchiale en andere ernstige obstructieve longaandoeningen. Manifest harfalen. Cardiogene shock. Tweede- en derdegraads AV-blok zonder pacemaker, sinusbradycardie, sick-sinus-syndroom, sinoatriaal blok. Overgevoeligheid voor andere β–blokkers.
Waarschuwingen
Kritische evaluatie is noodzakelijk bij ernstige cardiovasculaire stoornissen (zoals coronaire hartziekte, Prinzmetal-angina en hartfalen) en hypotensie. Wees voorzichtig bij cerebrale insufficiëntie, perifere circulatiestoornissen, eerstegraads AV-blok, milde of matige COPD, labiele diabetes of spontane hypoglykemie en aandoeningen van de cornea. β-Blokkers kunnen symptomen van hypoglykemie en hyperthyroïdie of thyrotoxicose maskeren. Indien systemische toepassing van β-blokkers is gecontra-indiceerd (in geval van eerstegraads AV-blok, (labiele) diabetes mellitus), moet bij instelling op deze oogdruppels nauwlettend worden gecontroleerd op polsfrequentie, hartinsufficiëntie en ademhalingsstoornissen. Bij een voorgeschiedenis van atopie of ernstige anafylactische reactie op allergenen kan tijdens gebruik van een β-blokker een versterkte reactie optreden bij herhaalde blootstelling aan die allergenen. Een opgetreden anafylaxie is vaak matig of slecht te beïnvloeden met de gebruikelijke hoeveelheid adrenaline. Na filtratie-ingrepen is bij toepassing van kamerwaterremmende therapie (timolol, acetazolamide) loslating van de choroidea gemeld. Bij het gebruik van fosfaathoudende oogdruppels werden soms corneale calcificaties gemeld in het geval van een significant beschadigde cornea. β-blokkers verminderen de traanvochtsecretie, waardoor contactlenzen mogelijk minder goed worden verdragen. Bij acuut glaucoom dient het preparaat samen met een mioticum te worden gegeven. De intraoculaire druk moet circa 4 weken na het starten van de behandeling gemeten worden, omdat het enkele weken kan duren om een normale oculaire druk te bereiken. Betagan Liquifilm bevat natriummetabisulfiet, welke in zeldzame gevallen ernstige overgevoeligheidsreacties en bronchospasmen kan veroorzaken. Bij patiënten met droge ogen of een beschadigde cornea is nauwlettend toezicht vereist, omdat het conserveermiddel benzalkoniumchloride keratitis punctata en/of toxische ulceratieve keratopathie kan veroorzaken. Het conserveermiddel benzalkoniumchloride kan tevens zachte contactlenzen doen verkleuren; draag daarom geen zachte contactlenzen, harde contactlenzen pas 15 minuten na indruppelen indoen. De veiligheid en werkzaamheid bij kinderen en adolescenten zijn niet vastgesteld (gebruik wordt niet aanbevolen).
Overdosering
Eigenschappen
Niet-selectieve lipofiele β-blokker zonder intrinsieke sympathicomimetische activiteit en met geringe membraanstabiliserende werking. Het is de levo-isomeer van bunolol. Toegediend in het oog verlaagt levobunolol de oogdruk. Werking: snel, max. na 2–6 uur. Werkingsduur: ten minste 12 uur.
Geneesmiddelgroep
levobunolol hoort bij de groep bètablokkers, oculair.