Doxepine

Publish

Samenstelling

Sinequan (als hydrochloride) Pfizer bv

Toedieningsvorm
Capsule
Sterkte
10 mg, 25 mg, 50 mg

Uitleg symbolen

XGVS Dit geneesmiddel is niet opgenomen in het geneesmiddelenvergoedingssysteem (GVS).
OTC Over the counter, dit geneesmiddel is een zelfzorgmiddel. Aan de vergoeding van bepaalde zelfzorgmedicatie zijn nadere voorwaarden verbonden. Deze zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering.
2 Aan de vergoeding van dit geneesmiddel zijn bepaalde voorwaarden verbonden, die zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering. Deze voorwaarden kunnen betrekking hebben op de indicaties, de duur van de behandeling en het voorschrijven volgens een richtlijn/protocol.
MNT Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Extra aandacht wordt gevraagd voor onverwachte bijwerkingen. Meldt u dit via het meldformulier van het Lareb.

doxepine vergelijken met een ander geneesmiddel.

Advies

Kies bij de behandeling van een depressieve episode een antidepressivum op basis van comorbiditeit, bijwerkingen, interacties, ervaring en prijs. Bij eerstelijnszorg wordt een tricyclisch antidepressivum (TCA) of selectieve serotonineheropnameremmer (SSRI) aanbevolen. Voor de SSRI’s is er lichte voorkeur vanwege een iets gunstiger bijwerkingenprofiel.

Start in tweedelijnszorg eventueel met een TCA, een SSRI, niet-selectieve serotonineheropnameremmer (SNRI), mirtazapine of bupropion. Bij klinisch opgenomen patiënten heeft een TCA de voorkeur.

Binnen de TCA’s is er voorkeur voor middelen waarmee veel ervaring is opgedaan: amitriptyline, nortriptyline, imipramine of (bij een comorbide angststoornis) clomipramine.

Aan de vergoeding van doxepine zijn voorwaarden verbonden, zie Regeling zorgverzekering, bijlage 2.

Indicaties

Depressie, vooral met vitale kenmerken.

Dosering

De dosering dient individueel te worden ingesteld. Het verdient aanbeveling te beginnen met een zo laag mogelijke dosering teneinde de ernst van de bijwerkingen te minimaliseren. De behandeling voortzetten totdat de patiënt 4–6 maanden symptoomvrij is.

Klap alles open Klap alles dicht

Depressie:

Volwassenen:

Begindosering: op de eerste dag 25 mg vóór het slapengaan, dan 25 mg 2×/dag, vervolgens met stappen van 25 elke 2-3 dagen verhogen tot max. 300 mg/dag. Een gebruikelijke onderhoudsdosering is 150 mg/dag.

Ouderen: begindosering 25 mg/dag en elke 2-3 dagen te verhogen tot 75 mg/dag, soms tot 150 mg/dag. De totale dagdosis kan in de beginfase het beste worden verdeeld over twee giften.

Bij verminderde leverfunctie kan verlaging van de dosis nodig zijn.

Pas bij CYP2D6-polymorfisme zonodig de dosering of het middel aan in overleg met de apotheker.

Eénmaaldaagse toediening kan tot een dosis van 150 mg vóór het slapengaan worden toegepast. Bij meerdere giften wordt het grootste deel vóór het slapengaan toegediend.

Bijwerkingen

Bij opvallend meer of ernstiger bijwerkingen kan sprake zijn van een CYP2D6-polymorfisme.

Zeer vaak (≥ 10%): slaperigheid, sufheid.

Vaak (1-10%): slapeloosheid, duizeligheid, extrapiramidale verschijnselen, agitatie, delier, tremor, myoclonus, anticholinerg syndroom. Tachycardie, hypotensie. Misselijkheid. Hyperhidrose. Vermoeidheid. Gewichtstoename.

Soms (0,1-1%): verwarring, hallucinaties, hoofdpijn, paresthesie. Wazig zien, glaucoom. Tinnitus. prikkelgeleidingsstoornis soms overgaand in aritmie of hartblok. Droge mond, braken, dyspepsie, obstipatie, diarree. Mictiestoornis soms overgaand in urineretentie. Huiduitslag, jeuk. Opvliegers. Zwakte. Anorexie.

Zelden (0,01-0,1%): Toegenomen of afgenomen libido, agressie, desoriëntatie. Verergering van manie, wanen en expressieve afasie. Ataxie, hypo-esthesie, tardieve dyskinesie, insult. Mydriasis. Smaakstoornis, afteuze stomatitis. hiatus hernia, maag-darmspasmen, paralytische ileus. Hypertensie. Exacerbatie astma. Gynaecomastie, zwelling testikels, ejaculatiestoornis en verminderde potentie bij mannen. Vergroting van de borsten, galactorroe en een vertraagd orgasme bij vrouwen. Exantheem, fotosensibilisatie. alopecia. Geelzucht. Gezichtsoedeem, blozen, rillingen. Eosinofilie, beenmergdepressie, agranulocytose, leukopenie, trombocytopenie, purpura. Syndroom van verminderde secretie van antidiuretisch hormoon (SIADH). verhoging of verlaging van de bloedglucosespiegel.

Verder zijn gemeld: suïcidale gedachten of -gedrag (ook gemeld vlak na het staken). Tongoedeem, urticaria.

Interacties

De werking van alcohol en andere centraal dempende stoffen kan worden versterkt evenals die van klasse I-anti-aritmica, parasympathicolytica en sympathicomimetica zoals adrenaline en noradrenaline. Het bloeddrukverlagend effect van centraal werkende antihypertensiva zoals clonidine kan afnemen. Enzyminducerende stoffen als barbituraten, carbamazepine en fenytoïne kunnen de plasmaspiegels van tricyclische antidepressiva verlagen. Remmers van CYP2D6 zoals SSRI’s (fluoxetine, paroxetine), moclobemide, cimetidine en kinidine kunnen de plasmaspiegel van tricyclische antidepressiva doen stijgen. De resorptie van verschillende geneesmiddelen wordt verminderd door vertraagde maaglediging en versterkte afbraak. In combinatie met MAO-remmers zijn ernstige intoxicaties (hyperpyretische en hypertensieve crises, ernstige convulsies en sterfgevallen) voorgekomen. Deze reactie kan tot 14 dagen na de laatste gift van een MAO-remmer optreden. Schildklierhormonen versterken de werking.

Zwangerschap

Teratogenese: Bij de mens, onvoldoende gegevens. Bij dieren geen aanwijzingen voor schadelijkheid.
Advies: Gebruik ontraden.

Lactatie

Overgang in de moedermelk: Ja.
Advies: Het gebruik van dit geneesmiddel of het geven van borstvoeding ontraden.

Contra-indicaties

  • overgevoeligheid voor tricyclische antidepressiva;
  • herstelfase van een myocardinfarct;
  • glaucoom;
  • (neiging tot) urineretentie.

Waarschuwingen

Bij opvallend weinig werkzaamheid of bij meer of ernstiger bijwerkingen kan sprake zijn van een CYP2D6-polymorfisme.

Strikte controle is noodzakelijk bij: epilepsie, organisch hersensyndroom, een lever- of nierfunctiestoornis, mictiestoornis (prostaathypertrofie), cardiale aandoeningen (zoals geleidingsstoornissen, angina pectoris, recent myocardinfarct), hypotensie, hyperthyreoïdie, verhoogde intra-oculaire druk.

Het verdient aanbeveling bij optreden van keelpijn en koorts in de eerste 10 weken van behandeling het bloedbeeld te controleren.

Regelmatige controle van de bloeddruk is noodzakelijk.

Een behandeling mag niet plotseling worden gestaakt; de dosering moet geleidelijk worden verminderd.

Wees voorzichtig bij ouderen vanwege verhoogde gevoeligheid voor orthostatische hypertensie en de anticholinerge bijwerkingen. Extra controle op glaucoom en urineretentie is aanbevolen.

Vanwege meer kans op cariës is gebitscontrole aangewezen. Een onderliggende psychose of manie kan manifest worden of verergeren. Dit middel kan door pupilverwijding de oogdruk verhogen en een aanval van acuut glaucoom veroorzaken.

Ter preventie van suïcidepogingen is nauwkeurige observatie noodzakelijk, vooral in de eerste week van de therapie en dient de patiënt niet over grote hoeveelheden antidepressiva te kunnen beschikken. Bij suïcidaal gedrag of suïcidale gedachten in de anamnese, evenals bij patiënten jonger dan 25 jaar bestaat meer kans op suïcidale gedachten en suïcide.

Gebruik bij kinderen < 18 jaar wordt ontraden. Gegevens op lange termijn over groei, cognitieve- en gedragsontwikkeling ontbreken.

Het gebruik kan leiden tot verminderd reactie- en concentratievermogen. Vele dagelijkse bezigheden (bv. autorijden) kunnen daarvan hinder ondervinden.

Overdosering

Symptomen
anticholinerge verschijnselen, koorts, ademhalingsdepressie, ernstige aritmieën, cardiale shock en coma.

Therapie
Voor de behandeling zie de monografie op vergiftigingen.info.

Eigenschappen

Tricyclisch antidepressivum (TCA) met sedatieve werking. Bij opvallend weinig werkzaamheid kan sprake zijn van een CYP2D6-polymorfisme. Werking: na 2–4 weken merkbaar.

Kinetische gegevens

F13–45% vanwege een first-pass-effect, waarbij actief desmethyldoxepine wordt gevormd.
T max2–4 uur voor doxepine en 2–10 uur voor desmethyldoxepine.
V d20 l/kg.
Overigtherapeutische plasmaspiegel (doxepine+desmethyldoxepine): 0,1–0,25 mg/l.
Metaboliseringin de lever via CYP1A2 en CYP3A4, deels tot actief desmethyldoxepine; en via CYP2D6.
Eliminatiemet de urine.
T 1/2el8–24 uur; 33–80 uur (desmethyldoxepine).