efavirenz
Samenstelling
Efavirenz Diverse fabrikanten
- Toedieningsvorm
- Tablet, omhuld
- Sterkte
- 600 mg
Stocrin Merck Sharp & Dohme bv
- Toedieningsvorm
- Drank
- Sterkte
- 30 mg/ml
- Verpakkingsvorm
- 180 ml
Conserveermiddel: benzoëzuur.
- Toedieningsvorm
- Tablet, omhuld
- Sterkte
- 50 mg, 200 mg, 600 mg
Uitleg symbolen
XGVS | Dit geneesmiddel is niet opgenomen in het geneesmiddelenvergoedingssysteem (GVS). |
OTC | Over the counter, dit geneesmiddel is een zelfzorgmiddel. Aan de vergoeding van bepaalde zelfzorgmedicatie zijn nadere voorwaarden verbonden. Deze zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering. |
2 | Aan de vergoeding van dit geneesmiddel zijn bepaalde voorwaarden verbonden, die zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering. Deze voorwaarden kunnen betrekking hebben op de indicaties, de duur van de behandeling en het voorschrijven volgens een richtlijn/protocol. |
MNT | Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Extra aandacht wordt gevraagd voor onverwachte bijwerkingen. Meldt u dit via het meldformulier van het Lareb. |
Advies
De keuze van de verschillende preparaten is afhankelijk van diverse aspecten (zie de richtlijn HIV). Bij de behandeling van een HIV-infectie bij therapie-naïeve patiënten wordt de voorkeur gegeven aan een tripeltherapie bestaande uit twee nucleoside reverse transcriptaseremmers (NRTI) en een derde middel uit één van de volgende groepen: een integraseremmer (INSTI), non-nucleoside reverse transcriptaseremmer (NNRTI) of een gebooste proteaseremmer. De therapeutische verschillen tussen efavirenz en nevirapine (ook een NNRTI) zijn gering.
Aan de vergoeding van efavirenz zijn voorwaarden verbonden, zie Regeling zorgverzekering, bijlage 2.
Indicaties
Behandeling van een HIV-1-infectie in combinatie met andere anti-retrovirale middelen bij volwassenen en kinderen van 3 jaar en ouder.
Efavirenz is onvoldoende bestudeerd bij een gevorderde HIV–1–infectie (CD4–aantal < 50 cellen/mm³) of na een falende behandeling die een proteaseremmer (PI) bevat.
Dosering
Efavirenz niet als monotherapie gebruiken (het virus wordt dan snel resistent) en evenmin als enig geneesmiddel toegevoegd aan een behandeling die niet het gewenste resultaat oplevert.
Let op: de drank heeft op gewichtsbasis een lagere biologische beschikbaarheid dan de tablet.
HIV-1 infectie:
Volwassenen en kinderen ≥ 40 kg lichaamsgewicht:
Tablet: 600 mg 1×/dag. Drank (30 mg/ml): 24 ml 1×/dag.
In combinatie met voriconazol: tablet: efavirenz 300 mg 1×/dag (en voriconazol 400 mg 2×/dag).
In combinatie met rifampicine: bij een lichaamsgewicht > 50 kg tablet: 800 mg/dag overwegen.
Kinderen 3–17 jaar:
Tablet (bij kinderen die goed tabletten kunnen slikken): afhankelijk van het lichaamsgewicht; : 32,5–40 kg: 400 mg 1×/dag; 25–32,5 kg: 350 mg 1×/dag; 20–25 kg: 300 mg 1×/dag; 15–20 kg: 250 mg 1×/dag; 13–15 kg: 200 mg 1×/dag.
Kinderen van 5 jaar en ouder:
Drank (30 mg/ml): 32,5–40 kg: 17 ml 1×/dag; 25–32,5 kg: 15 ml 1×/dag; 20–25 kg: 12 ml 1×/dag; 15–20 kg: 10 ml 1×/dag; 13–15 kg: 9 ml 1×/dag.
Kinderen van 3 tot < 5 jaar:
Drank (30 mg/ml): 25–32,5 kg: 17 ml 1×/dag; 20–25 kg: 15 ml 1×/dag; 15–20 kg: 13 ml 1×/dag; 13–15 kg: 12 ml 1×/dag.
Bij kinderen < 3 jaar of lichter dan 13 kg is efavirenz niet onderzocht.
De tabletten en de drank op de lege maag innemen. In combinatie met voedsel is er vanwege de verhoging van de biologische beschikbaarheid meer kans op bijwerkingen. Om neurologische bijwerkingen zoveel mogelijk te beperken is toediening voor het slapengaan aan te bevelen, zeker de eerste 2–4 weken en bij patiënten bij wie deze symptomen aanhouden.
Bijwerkingen
Zeer vaak (> 10%): huiduitslag (ca. 18%), die binnen de eerste 2 weken optreedt en meestal bestaat uit lichte tot matige maculopapuleuze huiduitslag. In de meeste gevallen verdwijnt de huiduitslag bij voortzetting van de behandeling binnen een maand. Bij kinderen is vaker (ca. 46%) en ernstiger huiduitslag waargenomen. Stijging van amylase en van de lipidenwaarden.
Vaak (1-10%): angst, depressie, abnormaal dromen, aandachtsstoornis, duizeligheid, gestoorde cerebellaire coördinatie en evenwicht, hoofdpijn, slaapstoornissen. Vermoeidheid. Buikpijn, diarree, misselijkheid, braken. Jeuk. Stijging van leverenzymwaarden (ASAT, ALAT, γ-GT), hypertriglyceridemie.
Soms (0,1-1%): affectlabiliteit, agressie, euforie, abnormaal denken, verwardheid, hallucinatie, paranoia, psychose, manie, poging tot suïcide, amnesie, ataxie, agitatie, tremor, convulsies. Wazig zien. Vertigo, oorsuizen. Plotselinge roodheid van het gezicht. Overgevoeligheid, erythema multiforme, Stevens-Johnsonsyndroom. Pancreatitis. Acute hepatitis. Gynaecomastie. Hypercholesterolemie.
Zelden (0,01–0,1%): leverfalen (soms fataal verlopend). Fotoallergische dermatitis. Wanen, neurose, overlijden door suïcide.
Anti-retrovirale combinatietherapie (cART) kan gepaard gaan met herverdeling van lichaamsvet (lipodystrofie) en metabole stoornissen (zoals hypertriglyceridemie, hypercholesterolemie, hyperlactatemie, insulineresistentie, hyperglykemie en het ontstaan van of verergering van bestaande diabetes mellitus). Verder kan cART aanleiding geven tot het immuunreconstitutiesyndroom. Gemeld zijn gevallen van osteonecrose, vooral bij gevorderde HIV-infectie of langdurige blootstelling aan combinatietherapie.
Interacties
Zie voor de interacties en eventuele dosisaanpassingen van efavirenz (of gelijktijdig gebruikte geneesmiddelen) de pagina HIV-interacties van de UCSF (University of California).
Zwangerschap
Teratogenese: Mogelijk neemt bij de mens de kans op neuralebuisdefecten toe wanneer efavirenz tijdens het 1e trimester wordt gebruikt (’Antiretroviral Pregnancy Registry’). In dierproeven zijn bij therapeutische doseringen teratogene effecten opgetreden (anoftalmie, microftalmie, gespleten gehemelte, anencefalie).
Advies: Alleen op strikte indicatie gebruiken. Een vruchtbare vrouw dient adequate anticonceptieve maatregelen (barrièremiddel + een andere vorm van anticonceptie) te nemen tijdens en tot 12 weken na staken van efavirenz. Voorafgaande aan de therapie, zwangerschap uitsluiten.
Lactatie
Overgang in de moedermelk: Ja. Bij dieren met een veel hogere concentratie dan die in het plasma van de moeder.
Advies: Het geven van borstvoeding door vrouwen met een HIV-infectie wordt ontraden om het overdragen van HIV te voorkomen.
Contra-indicaties
Ernstig gestoorde leverfunctie (Child–Pughscore 10–15).
Zie voor contra-indicaties met gelijktijdig gebruikte geneesmiddelen ook de link binnen de rubriek Interacties.
Waarschuwingen
Bij de keuze voor nieuwe antiretrovirale middelen moet rekening gehouden worden met mogelijke virale kruisresistentie. Bij (noodzakelijk) staken van de therapie met efavirenz ook de andere anti-retrovirale middelen (tijdelijk) staken om resistentievorming te voorkómen.
Wees voorzichtig bij licht gestoorde leverfunctie; bij matig gestoorde leverfunctie wordt het gebruik niet aanbevolen omdat er onvoldoende gegevens zijn om vast te stellen of dosisaanpassing noodzakelijk is; controleer bij gebruik in beide gevallen regelmatig de leverfunctie en op (neurologische) bijwerkingen. Bij bekende of vermoede hepatitis B- of C-infectie en bij gebruik van geneesmiddelen die in verband zijn gebracht met levertoxiciteit neemt de kans toe van ernstige en mogelijk fataal verlopende leverbijwerkingen; als er aanwijzingen zijn dat de bestaande leverziekte verergert of bij aanhoudende verhoging van de serumtransaminasen > 5× ULN, staken van de therapie overwegen.
Neuropsychiatrische bijwerkingen: Wees voorzichtig bij convulsies in de voorgeschiedenis. Symptomen waaronder duizeligheid, slapeloosheid, sufheid, concentratiestoornissen en abnormaal dromen zijn vaak gemelde bijwerkingen die meestal beginnen tijdens de eerste twee dagen, maar ook verdwijnen na de eerste 2–4 weken. Informeer de patiënt hierover en dat deze bijwerkingen niet het optreden van zeldzamere psychische bijwerkingen op lange termijn voorspellen. Wees voorzichtig bij patiënten met pre-existente psychiatrische stoornissen (met name depressie) of drugsverslaving in de anamnese in verband met meer kans op psychische bijwerkingen. Laat alle patiënten direct contact opnemen bij optreden van symptomen van ernstige depressie, psychose of suïcidale gedachten en stel vast of voortgezet gebruik nog verantwoord is.
De behandeling staken bij ernstige huiduitslag (blaren, desquamatie, mucosaletsel of koorts). Vooral bij kinderen wordt om huiduitslag te voorkomen, profylaxe met een antihistaminicum aanbevolen, voordat behandeling met efavirenz wordt begonnen. Patiënten bij wie de behandeling met een andere NNRTI is gestaakt vanwege huiduitslag, kunnen tijdens behandeling met efavirenz meer kans op uitslag hebben; efavirenz wordt niet aanbevolen bij patiënten die een levensbedreigende huidreactie (zoals Stevens-Johnsonsyndroom) kregen van een andere NNRTI.
Wees voorzichtig bij ernstige immuundeficiëntie omdat er meer kans is op het immuunreconstitutiesyndroom met ontstekingsreacties door asymptomatische of nog aanwezige opportunistische pathogenen die tot ernstige klinische ziektebeelden (bv. CMV-retinitis, focale en/of gegeneraliseerde mycobacteriële infecties of een Pneumocystis jiroveci-pneumonie) kunnen leiden ; ook auto-immuunziekten kunnen in dit kader optreden (zoals M. Graves), soms vele maanden na het beginnen van de behandeling.
Bij sommige screening assay’s kunnen fout-positieve resultaten voor cannabinoïd in de urine optreden; pas een meer specifieke methode toe zoals gaschromatografie of massaspectrometrie.
De werkzaamheid en veiligheid is niet vastgesteld bij kinderen < 3 jaar of die < 13 kg wegen.
Overdosering
Neem voor informatie over een efavirenzvergiftiging contact op met het Nationaal Vergiftigingen Informatie Centrum.
NB. In geval van een eenmalige toediening is de halfwaardetijd verlengd; 52–76 uur, als nog geen zelfinductie door eerdere en recente efavirenz-toediening heeft plaatsgevonden.
Eigenschappen
Antiviraal middel, behorend tot de zogenaamde non-nucleoside reverse-transcriptaseremmers (NNRTI’s). Het werkingsspectrum is beperkt tot HIV type 1. Efavirenz is een niet-competitieve remmer van het HIV-reverse-transcriptase. Het bindt zich rechtstreeks aan het reverse-transcriptase-enzym en blokkeert zo de RNA- en DNA-afhankelijke DNA-polymeraseactiviteit van het virus door ontregeling van het katalytische gedeelte van het enzym.
Kinetische gegevens
Resorptie | goed, verminderd bij hogere doses en vermeerderd bij inname met een vetrijke maaltijd (met meer kans op bijwerkingen). |
F | De drank heeft op gewichtsbasis een lagere biologische beschikbaarheid dan de tablet. |
T max | 3–5 uur. |
Overig | De plasmablootstelling aan efavirenz kan vergroot zijn bij patiënten met de homozygote genetische variant G516T van het iso–enzym CYP2B6. |
Overig | Concentratie in cerebrospinale vloeistof: 0,3–1,2% van de overeenkomstige plasmaconcentratie. |
Eiwitbinding | > 99%. |
Metabolisering | in de lever hoofdzakelijk door CYP3A4 en CYP2B6 iso-enzymen tot onwerkzame metabolieten. |
Eliminatie | voornamelijk met de feces; voor 14–34% met de urine als inactieve metabolieten en < 1% als onveranderde stof. |
T 1/2el | na herhaalde toediening 40–55 uur (door zelfinductie); bij ernstig gestoorde leverfunctie (Child-Pughscore 10–15) is deze verdubbeld. |
Geneesmiddelgroep
efavirenz hoort bij de groep HIV Non-nucleoside reverse-transcriptaseremmers.