Nitroglycerine (transdermaal)

Publish

Samenstelling

Deponit T Takeda Nederland bv

Toedieningsvorm
Pleister met gereguleerde afgifte
Sterkte
5 mg/etmaal, 10 mg/etmaal

De oppervlakte is resp. 9 cm² en 18 cm² en bevat 2,1 mg/cm². De afgifte van de pleister is gebaseerd op 24 uur.

Minitran Meda Pharma bv

Toedieningsvorm
Pleister met gereguleerde afgifte
Sterkte
5 mg/etmaal, 10 mg/etmaal, 15 mg/etmaal

De oppervlakte is resp. 6,7 cm², 13,3 cm² en 20 cm² en bevat 2,7 mg/cm². De afgifte van de pleister is gebaseerd op 24 uur.

Nitroglycerine pleister Diverse fabrikanten

Toedieningsvorm
Pleister
Sterkte
5 mg/etmaal, 10 mg/etmaal, 15 mg/etmaal

De oppervlakte is resp. 7 cm², 14 cm² en 21 cm² en bevat 3,2 mg/cm². De afgifte van de pleister is gebaseerd op 24 uur.

Transiderm-Nitro Novartis Pharma bv

Toedieningsvorm
Pleister met gereguleerde afgifte
Sterkte
5 mg/etmaal, 10 mg/etmaal

De oppervlakte is resp. 10 cm² en 20 cm² en bevat 2,5 mg/cm². De afgifte van de pleister is gebaseerd op 24 uur.

Uitleg symbolen

XGVS Dit geneesmiddel is niet opgenomen in het geneesmiddelenvergoedingssysteem (GVS).
OTC Over the counter, dit geneesmiddel is een zelfzorgmiddel. Aan de vergoeding van bepaalde zelfzorgmedicatie zijn nadere voorwaarden verbonden. Deze zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering.
2 Aan de vergoeding van dit geneesmiddel zijn bepaalde voorwaarden verbonden, die zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering. Deze voorwaarden kunnen betrekking hebben op de indicaties, de duur van de behandeling en het voorschrijven volgens een richtlijn/protocol.
MNT Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Extra aandacht wordt gevraagd voor onverwachte bijwerkingen. Meldt u dit via het meldformulier van het Lareb.

nitroglycerine (transdermaal) vergelijken met een ander geneesmiddel.

Advies

Bij meer dan twee aanvallen van angina pectoris (AP) per week is een onderhoudsbehandeling met een selectieve bètablokker eerste keus. In geval van bijwerkingen of contra-indicaties komen de langwerkende nitraten in aanmerking, of als alternatief een calciumantagonist. Bij onvoldoende effect van monotherapie heeft combinatietherapie van een bètablokker met een nitraat de voorkeur. Bij de combinatie van een bètablokker met een calciumantagonist komen de dihydropyridinen in aanmerking.

Bij Prinzmetal-AP wordt gestart met een calciumantagonist. Bij onvoldoende effect kan een langwerkend nitraat worden toegevoegd. Naast onderhoudsbehandeling is secundaire preventie belangrijk in de vorm van leefstijladviezen en controle van risicofactoren voor coronaire arteriosclerose.

Voor Transiderm-Nitro ’5’ is voor de preventie van flebitis en extravasatie geen advies vastgesteld over de plaats in de medicamenteuze behandeling.

Indicaties

  • Onderhoudsbehandeling van angina pectoris.
  • Alleen voor Transiderm Nitro-5: profylactische behandeling van flebitis en extravasatie als gevolg van toediening van vloeistoffen en/of geneesmiddelen via een i.v.-infuus bij een verwachte infusieduur van ten minste twee dagen.

Dosering

Klap alles open Klap alles dicht

Onderhoudsbehandeling angina pectoris:

Volwassenen:

begindosering: 1 pleister ’5’ (die 5 mg per etmaal afgeeft) per dag;

indien nodig verhogen tot 1 pleister ’10’ per dag (= 10 mg/etmaal, de gebruikelijke onderhoudsdosering) en eventueel tot 1 pleister ’15’ per dag (= 15 mg/etmaal). Transiderm-Nitro max. 2 pleisters ’10’ per dag (= 20 mg/etmaal).

Om tolerantie te voorkomen heeft een pleistervrije periode van 8–12 uur per etmaal de voorkeur; dit betekent: de pleister voor het naar bed gaan verwijderen of – indien de pijn vooral ’s nachts optreedt – deze alleen ’s nachts gebruiken.

Flebitis en extravasatie:

Volwassenen:

op het moment van inbrengen van het i.v. infuus 1 Transiderm-Nitro ’5’ (= 5 mg/etmaal) pleister distaal van de infusieplaats aanbrengen en na 24 uur vervangen op een ander gedeelte van de huid. De behandeling staken zodra de i.v. therapie wordt beëindigd. De behandelduur dient beperkt te blijven tot 5–6 dagen.

De pleister plakken op een droog, onbeschadigd, weinig behaard deel van de huid (de eerste voorkeur is de zijkant van de borstkas, alternatieven zijn binnenzijde van de bovenarm of dij) en goed aandrukken. Een nieuwe pleister moet op een ander gedeelte van de huid worden aangebracht; pas na enige dagen mag de pleister weer op dezelfde plaats worden geplakt. De pleister mag niet geknipt worden.

In verband met mogelijke onthoudings- of rebound-verschijnselen de toediening geleidelijk staken.

Bijwerkingen

Zeer vaak (> 10%): hoofdpijn (verdwijnt vaak na enkele dagen bij onveranderde therapie. Misselijkheid, braken.

Vaak (1-10%): duizeligheid, (orthostatische) hypotensie, slaperigheid. Tachycardie. Asthenie.

Soms (0,1-1%): verergerde symptomen van angina pectoris. Circulatoire collaps (soms gepaard gaand met bradyaritmie en syncope). Allergische huidreacties zoals contacteczeem, huiduitslag, jeuk (met name op de plaats van de pleister), branderig gevoel, erytheem.

Zelden (0,01-0,1%): voorbijgaande roodheid van het gezicht en de hals.

Zeer zelden (< 0,01%): zuurbranden. Exfoliatieve dermatitis.

Verder zijn gemeld: ernstige hypotensieve reacties, hartkloppingen. Hypoxemie. Gegeneraliseerde huiduitslag.

Interacties

Gelijktijdig gebruik met PDE5-remmers (sildenafil, tadalafil en vardenafil) is gecontra-indiceerd, omdat dit het vaatverwijdend effect versterkt en bij daarvoor gevoelige patiënten kan leiden tot levensbedreigende cardiovasculaire complicaties. Wees voorzichtig bij gelijktijdig gebruik met sapropterine, omdat dit kan leiden tot versterkte vaatverwijding. Gelijktijdig gebruik van andere vasodilatatoren, ACE-remmers, acetylsalicylzuur, alcohol, tricyclische antidepressiva, antipsychotica, β-blokkers, calciumantagonisten en diuretica, versterkt het hypotensieve effect.

Het gelijktijdig gebruik van NSAID’s kan het effect van nitroglycerine verminderen. Ergot-alkaloïden kunnen de coronaire vasodilaterende werking van nitraten tegengaan, terwijl de werking van dihydro-ergotamine door nitroglycerine juist wordt versterkt.

Zwangerschap

Teratogenese: Bij de mens, onvoldoende gegevens. Bij dieren geen aanwijzingen voor schadelijkheid.
Farmacologisch effect: Daling van de foetale hartfrequentie mogelijk.
Advies: Alleen op strikte indicatie gebruiken.
Vruchtbaarheid : Bij dieren zijn nadelige effecten op de vruchtbaarheid waargenomen bij hoge orale doseringen nitroglycerine, bij de mens zijn er geen gegevens beschikbaar.

Lactatie

Overgang in de moedermelk: Onbekend.
Farmacologisch effect: Met name zuigelingen tot 6 maanden zijn gevoelig voor nitraten. Er is kans op hypotensie en methemoglobinemie bij de zuigeling.
Advies: Het gebruik van dit geneesmiddel of het geven van borstvoeding ontraden.

Contra-indicaties

  • ernstige hypotensie (systolische bloeddruk < 90 mmHg);
  • ernstige hypovolemie;
  • acute circulatiestoornissen (shock, collaps);
  • myocardinsufficiëntie ten gevolge van obstructie (bv. constrictieve pericarditis, aortastenose, mitralisklepstenose, hypertrofische obstructieve cardiomyopathie);
  • verhoogde intracraniële druk, bijvoorbeeld bij hoofdtrauma of hersenbloeding;
  • verhoogde intra-oculaire druk;
  • ernstige anemie;
  • overgevoeligheid voor nitraten. Zie voor meer contra-indicaties onder rubriek Interacties.

Waarschuwingen

Bij defibrillatie of cardioversie de pleister(s) eerst verwijderen in verband met gevaar voor ontbranding; de Transiderm–Nitro tevens verwijderen vóór diathermie of MRI in verband met aanwezigheid van elementaire metalen in dit type pleister, waardoor er de kans is op huidverbranding. Dragers van alle typen pleisters dienen enige meters van magnetronovens vandaan te blijven in verband met het gevaar van ontbranding van de pleister door lekstraling bij defecte magnetrons. Bij een recent myocardinfarct of acuut hartfalen dient de behandeling onder strikt medisch toezicht te worden uitgevoerd en/of met hemodynamische controle. Wees voorzichtig bij een belemmering van het cardiale uitstroom-traject (lage vullingsdruk zoals bij acuut myocardinfarct, verminderde linkerventrikel functie, harttamponade, orthostatische disfunctie en aorta-/mitralisstenose zonder hartfalen hierbij). Wees voorzichtig bij patiënten met een ernstige anemie (incl. G6PD-tekort geïnduceerde vormen) omdat bij deze patiënten de biotransformatie van nitroglycerine verminderd is. Wees eveneens voorzichtig bij patiënten met een hypoxemie en ventilatie/perfusie mismatch door longaandoeningen, ischemisch hartfalen, angina pectoris, myocardinfarct of cerebrale ischemie. Bij deze patiënten zijn vaak afwijkingen van de kleine luchtwegen aanwezig (vooral alveolaire hypoventilatie). Bij alveolaire hypoventilatie kan door lokale vasoconstrictie de perfusie verschuiven naar beter ventilerende delen van de longen. Sterke vasodilatatie kan deze beschermende vasoconstrictie teniet doen en verdere ventilatie perfusie/mismatch en afname in partiële arteriële zuurstofspanning tot gevolg hebben, eventueel leidend tot myocardiale hypoxie. Angina door hypertrofische cardiomyopathie kan verslechteren door gebruik van nitraten. Het is mogelijk dat angina vaker voorkomt tijdens pleistervrije perioden, waardoor op deze momenten een andere anti-angineuze therapie gewenst is. Bij optreden van methemoglobinemie is behandeling hiervan met methyleenblauw is gecontra-indiceerd bij patiënten met glucose-6-fosfaat deficiëntie (G6PD) of methemoglobine reductase deficiëntie. Langdurige applicatie op één plaats moet worden voorkomen in verband met huidirritatie. Beharing op de applicatieplaats mag niet worden weggeschoren, maar moet worden weggeknipt. Een klein aantal patiënten vertoont verhoogde gevoeligheid voor nitraten (idiosyncrasie), zich uitend in flauwvallen. Na herhaalde toediening kan tolerantie-ontwikkeling niet worden uitgesloten. Door tolerantie kan ook het effect van sublinguaal toegediend nitroglycerine afnemen. Door over te schakelen op een oraal lang werkend nitraat kan behandeling met een pleister uitsluipend worden beëindigd. Door het optreden van bijvoorbeeld duizeligheid kan de rijvaardigheid en de bekwaamheid machines te gebruiken ongunstig worden beïnvloed. Nitroglycerine kan de interpretatie van de bepaling van catecholaminen en vanillyl-amandelzuur (catecholamine metaboliet) in de urine beïnvloeden door verhoging van de uitscheiding van deze stoffen in de urine.

Overdosering

Symptomen
van nitraten is bekend dat bij overdosering kunnen optreden: sterke hypotensie, bleekheid, zweten, zwakke pols, reflextachycardie, collaps, syncope, duizeligheid, hoofdpijn, asthenie, misselijkheid, braken en diarree. Bij de biotransformatie komen nitrietionen vrij die methemoglobinemie en cyanose, met daarbij tachypneu, angst, bewusteloosheid en hartstilstand kunnen veroorzaken bij een overdosering. De kans hierop bij continue gecontroleerde toediening met pleisters is echter zeer gering.

Zie voor symptomen en behandeling vergiftigingen.info.

Eigenschappen

Vaatverwijdend nitraat, in de gebruikelijke dosering vooral op de veneuze en coronaire bloedvaten en in mindere mate op de arteriële bloedvaten. Hierdoor neemt de veneuze terugvloed naar het hart af en treedt geringe afname in arteriële vaatweerstand op, zodat het hart minder arbeid hoeft te verrichten en minder zuurstof verbruikt en de door de tijdelijke ischemie van het myocardweefsel veroorzaakte pijn wordt opgeheven. Bij herhaalde of continue toediening kunnen de klinische effecten van nitraten afnemen ten gevolge van hoge en/of constante plasmaspiegels. Deze tolerantie-ontwikkeling kan worden voorkomen door per etmaal een nitraatarme periode van 8–12 uur aan te houden.

Kinetische gegevens

ResorptieDe pleisters ’5’, ’10’ en ’15’ kunnen in 24 uur gemiddeld resp. 5, 10 en 15 mg nitroglycerine aan het bloed afgeven. Op de intacte huid aangebracht zorgt een gelijkmatige afgifte dat binnen 2 uur een vrij constante plasmaconcentratie wordt bereikt.
Fca. 70%.
T maxbinnen 2–24 uur, gem. na 12 uur.
Metaboliseringzeer snel in de lever tot minder actieve en inactieve metabolieten.
Eliminatievia de nieren als metabolieten.
T 1/22–4 min.