ketotifen (systemisch)
Samenstelling
Ketotifen Stroop (als fumaraat) Diverse fabrikanten
- Toedieningsvorm
- Stroop (suikervrij)
- Sterkte
- 0,2 mg/ml
- Verpakkingsvorm
- 200 ml
Bevat tevens: sorbitol en sommige bevatten propyleenglycol. Conserveermiddelen: methyl- en propylparahydroxybenzoaat.
Zaditen (als fumaraat) Sigma Tau bv
- Toedieningsvorm
- Tablet
- Sterkte
- 1 mg
Uitleg symbolen
XGVS | Dit geneesmiddel is niet opgenomen in het geneesmiddelenvergoedingssysteem (GVS). |
OTC | Over the counter, dit geneesmiddel is een zelfzorgmiddel. Aan de vergoeding van bepaalde zelfzorgmedicatie zijn nadere voorwaarden verbonden. Deze zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering. |
2 | Aan de vergoeding van dit geneesmiddel zijn bepaalde voorwaarden verbonden, die zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering. Deze voorwaarden kunnen betrekking hebben op de indicaties, de duur van de behandeling en het voorschrijven volgens een richtlijn/protocol. |
MNT | Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Extra aandacht wordt gevraagd voor onverwachte bijwerkingen. Meldt u dit via het meldformulier van het Lareb. |
ketotifen (systemisch) vergelijken met een ander geneesmiddel.
Advies
Vermijd bij allergische rinitis zoveel mogelijk de prikkels die klachten veroorzaken. Bij gebruik van geneesmiddelen is bij intermitterende, milde klachten een niet-sederend antihistaminicum (oraal of nasaal) eerste keus vanwege de snelle werking. Bij een verstopte neus en bij persisterende klachten gaat de voorkeur uit naar een nasaal corticosteroïd, dat bij onvoldoende effect kan worden gecombineerd met een antihistaminicum. Faalt ook de combinatietherapie en zijn de klachten ernstig, dan kan een allergeen-specifieke immuuntherapie in aanmerking komen, na zorgvuldige afweging van de voor- en nadelen.
Vanwege minder kans op sedatie en interacties gaat de voorkeur uit naar een niet-sederend antihistaminicum.
Indicaties
Preventie en behandeling van allergische:
- rinitis;
- huidaandoeningen.
Profylaxe van:
- allergisch astma, allergische bronchitis;
- astmatische symptomen ten gevolge van hooikoorts.
Dosering
Bij staken van de therapie met ketotifen, geleidelijk afbouwen over een periode van twee tot vier weken.
Preventie en behandeling van allergische aandoeningen:
Volwassenen en kinderen > 6 jaar:
1 mg 2×/dag; zo nodig 2 mg 2×/dag. Indien men makkelijk slaperig wordt, beginnen met 0,5 mg ’s avonds, gevolgd door 0,5 mg 2×/dag; in ca. 5 dagen kan de gebruikelijke dagdosering worden bereikt. Bij verminderde aandacht, mogelijk door het sederende effect, de dosis verlagen.
Kinderen ≥ 6 maanden t/m 5 jaar:
Begindosering 0,5 mg 2×/dag, eventueel verhogen; max. dosering voor kinderen ≥ 6 maanden tot 3 jaar is 1 mg per dag, voor 3–5 jaar 2 mg per dag. Bij verminderde aandacht, mogelijk door het sederende effect, de dosis verlagen.
De doses innemen bij het ontbijt en avondeten.
Bijwerkingen
Vaak (1-10%): vnl. bij kinderen symptomen van stimulering van het centrale zenuwstelsel (zoals opgewondenheid, prikkelbaarheid, slapeloosheid en nervositeit).
Soms (0,1-1%): droge mond, misselijkheid. Cystitis. Duizeligheid.
Zelden (0,01-0,1%): gewichtstoename. Slaperigheid/sedatie.
Zeer zelden (< 0,01%): convulsies. Ernstige huidreacties zoals erythema multiforme en Stevens-Johnsonsyndroom. Stijging van leverenzymwaarden, hepatitis.
Verder zijn gemeld: hoofdpijn. Braken. Huiduitslag, urticaria.
Slaperigheid/sedatie, droge mond en duizeligheid kunnen aan het begin van de behandeling optreden, maar verdwijnen meestal spontaan bij voortzetting van de behandeling.
Interacties
Gelijktijdig gebruik van orale bloedglucoseverlagende middelen (m.n. biguaniden) kan een reversibele afname van het aantal trombocyten veroorzaken; de combinatie is volgens de fabrikant gecontra-indiceerd.
Ketotifen kan het effect van sedativa, hypnotica, andere antihistaminica, anticoagulantia en alcohol versterken. Ketotifen versterkt ook het effect van bronchodilatatoren; de frequentie van het gebruik van bronchodilatatoren verlagen.
Antihistaminica beïnvloeden immuuntherapie bij allergie en mogelijk ook de resultaten van allergologische huidtests.
Zwangerschap
Antihistaminica passeren de placenta.
Teratogenese: Bij de mens onvoldoende gegevens. Bij dieren geen aanwijzingen voor schadelijkheid.
Advies: Gebruik afraden en bij voorkeur vervangen; er zijn voldoende alternatieven met voldoende ervaring. Alleen kortdurend gebruiken.
Lactatie
Overgang in de moedermelk: Ja.
Farmacologisch effect: Gebruik van de oudere antihistaminica kan beter worden vermeden vanwege effecten op het centraal zenuwstelsel. In het algemeen geldt dat sedatie van de zuigeling de belangrijkste bijwerking is na maternaal gebruik van antihistaminica. Daarnaast kunnen ook effecten zoals slecht drinken en een droge mond optreden. De meeste kans hierop is bij gebruik van de oudere antihistaminica.
Advies: Het gebruik van dit geneesmiddel of het geven van borstvoeding is gecontra-indiceerd.
Contra-indicaties
- epilepsie.
Zie voor meer contra-indicaties de rubrieken Lactatie en Interacties.
Waarschuwingen
Ketotifen coupeert astma-aanvallen niet. Bij het begin van een langdurige behandeling de therapie met tot dan toe gebruikte symptomatische en/of profylactische anti-asthmatica niet abrupt beëindigen; vooral niet in geval van therapie met corticosteroïden; dit met oog op het vóórkomen van bijnierschorsinsufficiëntie.
De convulsiedrempel kan verlaagd worden.
Antihistaminica beïnvloeden de uitslagen van allergietesten.
Het gebruik kan leiden tot verminderd reactie- en concentratievermogen. Vele dagelijkse bezigheden (bv. autorijden) kunnen daarvan hinder ondervinden.
Overdosering
Symptomen
tachycardie, hypotensie, duizeligheid, verwardheid en desoriëntatie, sedatie, reversibel coma; speciaal bij kinderen: sterke opgewondenheid, convulsies.
Therapie
is symptomatisch. Ketotifen kan niet worden verwijderd door hemodialyse.
Zie voor meer informatie over symptomen en behandeling bij een vergiftiging met systemisch toegediend ketotifen vergiftigingen.info.
Eigenschappen
Krachtige H1-receptorantagonist met een centraal aangrijpingspunt en een sederende en zeer zwak anticholinerge werking. In vitro is een stabiliserende werking op de mestcellen aangetoond. Werking: bij astma na enkele weken.
Kinetische gegevens
Resorptie | snel en vrijwel volledig. |
F | ca. 50% door ’first pass’-effect. |
T max | 2–4 uur. |
Metabolisering | in de lever tot een nagenoeg inactief glucuronide metaboliet. |
Eliminatie | vnl. als metabolieten (60-70%), via de urine. Ketotifen kan niet worden geëlimineerd door middel van dialyse. |
T 1/2 | bifasisch, resp. 3-5 uur en ca. 21 uur. |
Geneesmiddelgroep
ketotifen (systemisch) hoort bij de groep antihistaminica, systemisch.
- acrivastine (J05AF06)
- alimemazine (J05AF06)
- cetirizine (J05AF06)
- chloorcyclizine/cinnarizine (J05AF06)
- cinnarizine (J05AF06)
- clemastine (J05AF06)
- cyclizine (J05AF06)
- desloratadine (J05AF06)
- dimetindeen (J05AF06)
- ebastine (J05AF06)
- fexofenadine (J05AF06)
- hydroxyzine (J05AF06)
- ketotifen (J05AF06)
- levocetirizine (J05AF06)
- loratadine (J05AF06)
- meclozine (J05AF06)
- meclozine/pyridoxine (J05AF06)
- mizolastine (J05AF06)
- oxomemazine (J05AF06)
- promethazine (J05AF06)
- rupatadine (J05AF06)