Lactitol

Publish

Samenstelling

Importal Aziende chimiche riunite angelini francesco spa

Toedieningsvorm
Drank ’Multidose’
Sterkte
667 mg/ml
Verpakkingsvorm
500 ml

Bevat benzoëzuur.

Toedieningsvorm
Poeder
Sterkte
10 g
Verpakkingsvorm
in sachet

Uitleg symbolen

XGVS Dit geneesmiddel is niet opgenomen in het geneesmiddelenvergoedingssysteem (GVS).
OTC Over the counter, dit geneesmiddel is een zelfzorgmiddel. Aan de vergoeding van bepaalde zelfzorgmedicatie zijn nadere voorwaarden verbonden. Deze zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering.
2 Aan de vergoeding van dit geneesmiddel zijn bepaalde voorwaarden verbonden, die zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering. Deze voorwaarden kunnen betrekking hebben op de indicaties, de duur van de behandeling en het voorschrijven volgens een richtlijn/protocol.
MNT Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Extra aandacht wordt gevraagd voor onverwachte bijwerkingen. Meldt u dit via het meldformulier van het Lareb.

lactitol vergelijken met een ander geneesmiddel.

Advies

Bij de medicamenteuze behandeling van functionele obstipatie gaat de voorkeur uit naar macrogol (met of zonder elektrolyten) of lactulose, vanwege de osmotische werking, de klinische ervaring en het gebruiksgemak. Bij onvoldoende effect komt een contactlaxans (bisacodyl of sennosiden A+B) in aanmerking. Kies bij ernstige klachten voor rectale medicatie ter lediging van het rectum.

Om obstipatie door opioïdgebruik te voorkomen, zijn orale laxantia volgens standaardbehandeling aangewezen vanaf de start van de behandeling met het opioïd. De voorkeur gaat uit naar macrogol (met of zonder elektrolyten) of lactulose, vanwege de osmotische werking, de klinische ervaring en het gebruiksgemak. Bij onvoldoende effect komt een contactlaxans (bisacodyl of sennosiden A+B) in aanmerking, eventueel als toevoeging.

Lactitol heeft nagenoeg dezelfde farmacotherapeutische eigenschappen als lactulose, maar heeft op basis van kosten niet de voorkeur.

Indicaties

Obstipatie. Hepatische encefalopathie: ter behandeling en preventie van (pre)coma hepaticum.

Dosering

De dosering individueel instellen, dit kan door bij geconstipeerde patiënten in het begin 1 stoelgang per dag te controleren en bij cirrotische patiënten 2 stoelgangen per dag.

Klap alles open Klap alles dicht

Obstipatie:

Volwassenen:

Begindosering 20 g 1×/dag.

Kinderen:

Begindosering 0,25 g of 0,375 ml/kg lichaamsgewicht per dag.

Dit komt overeen met de volgende leeftijdsdoseringen: 1–6 jaar: 2,5–7,5 ml drank;

6–12 jaar: 5–10 g poeder of 7,5–15 ml drank;

12–16 jaar: 10–20 g poeder of 15–30 ml drank.

De dosis ’s ochtends tijdens het ontbijt of ’s avonds tijdens de maaltijd innemen met voedsel of vloeistof. Kan gemengd worden met bv. yoghurt of vruchtensap. Meestal kan na enkele dagen de dosering worden verlaagd.

Klap alles open Klap alles dicht

Hepatische encefalopathie:

Begindosering: 0,5–0,7 g of 0,75–1,05 ml/kg lichaamsgewicht per dag, verdeeld over 3 doses tijdens de maaltijden.

Onderhoudsdosering: individueel instellen, zodanig dat twee- à driemaal per dag zachte ontlasting wordt verkregen, bij voorkeur met pH 5,0–5,5.

Bijwerkingen

Zelden (0,01–0,1%): buikpijn, opgezette buik, diarree, braken, flatulentie.

Zeer zelden (< 0,01%): misselijkheid, pruritus ani, abnormale maag-darmgeluiden.

Interacties

Bij hepatische encefalopathie lactitol niet gelijktijdig innemen met antacida of neomycine vanwege vermindering van effectiviteit van lactitol. Laxantia kunnen het kaliumverlies dat veroorzaakt wordt door andere geneesmiddelen (bv. thiazide-diuretica, corticosteroïden) vergroten, met meer kans op toxische effecten van digoxine. De passagetijd in de darmen kan verkort zijn, met als gevolg een verminderde opname van andere oraal ingenomen geneesmiddelen; wacht ten minste 2 uur met inname van het laxans na gebruik van een geneesmiddel.

Zwangerschap

Teratogenese: Bij de mens onvoldoende gegevens. Bij dieren geen aanwijzingen voor schadelijkheid.
Advies: Kan (voor zover bekend zonder gevaar, overeenkomstig het voorschrift) worden gebruikt.

Lactatie

Overgang in de moedermelk: Onbekend, maar gezien de verwaarloosbare systemische blootstelling van de moeder zijn geen effecten te verwachten.
Advies: Kan (voor zover bekend zonder gevaar) overeenkomstig het voorschrift worden gebruikt.

Contra-indicaties

Plotseling optredende buikpijn (appendicitis, ileus). Indien de gastro-intestinale doorgang niet is gegarandeerd (ileostomie, colostomie etc.). Rectale bloeding. Vermoeden van organische laesies in het maag-darmstelsel, niet gediagnosticeerde pijn in de onderbuik. Fecale impactie. Zuigelingen met hereditaire fructose-intolerantie. Galactosemie. Bestaande vocht- en elektrolytenstoornissen.

Waarschuwingen

Flatulentie is soms te verminderen door gelijktijdige inname met 200–400 ml vloeistof, bv. water. Het is aan te bevelen om bij darmstoornissen met excessief meteorisme met een lage dosis te beginnen. Bij oudere en bedlegerige patiënten regelmatig de elektrolytenbalans controleren. Chronisch gebruik of misbruik van laxantia kan leiden tot verslaving en tot aanhoudende diarree en een verstoring van de elektrolytenbalans. In ernstige gevallen kan dehydratie en hypokaliëmie optreden. Indien elektrocaustiek moet worden ondergaan vóór de colon- of proctoscopie spoelen met een niet-fermenteerbare oplossing vanwege het gevaar van waterstofgascumulatie. Niet gebruiken bij zeldzame erfelijke fructose- of galactose-intolerantie of -malabsorptie, of bij lactasedeficiëntie.

Overdosering

Symptomen: diarree, afwijkingen van serumelektrolyten.

Eigenschappen

Lactitol, een disaccharide, is een synthetisch analogon van lactulose. Het wordt nauwelijks geresorbeerd maar door de colonflora omgezet in o.a. propion-, boter- en azijnzuur. Door het aantrekken van water via osmose en daling van de pH wordt de peristaltiek van het colon bevorderd en de consistentie van de feces verzacht. De laxerende werking treedt in na enkele uren, maar het kan enkele dagen duren voor het gewenste effect wordt bereikt. Bij (pre)coma hepaticum veroorzaakt lactitol daling van het ammoniakgehalte in het bloed en daardoor een verhoogde eiwittolerantie.

Kinetische gegevens

ResorptieNauwelijks (≤ 2%).
MetaboliseringWordt in het colon door de darmflora omgezet in actieve laagmoleculaire organische zuren (zoals propion-, boter- en azijnzuur).