agalsidase alfa
Samenstelling
Replagal Shire Pharmaceuticals
- Toedieningsvorm
- Concentraat voor i.v. infusie
- Sterkte
- 1 mg/ml
- Verpakkingsvorm
- flacon 3,5 ml
Bevat: polysorbaat 20.
Uitleg symbolen
XGVS | Dit geneesmiddel is niet opgenomen in het geneesmiddelenvergoedingssysteem (GVS). |
OTC | Over the counter, dit geneesmiddel is een zelfzorgmiddel. Aan de vergoeding van bepaalde zelfzorgmedicatie zijn nadere voorwaarden verbonden. Deze zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering. |
2 | Aan de vergoeding van dit geneesmiddel zijn bepaalde voorwaarden verbonden, die zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering. Deze voorwaarden kunnen betrekking hebben op de indicaties, de duur van de behandeling en het voorschrijven volgens een richtlijn/protocol. |
MNT | Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Extra aandacht wordt gevraagd voor onverwachte bijwerkingen. Meldt u dit via het meldformulier van het Lareb. |
Advies
Bij de ziekte van Fabry (onvoldoende activiteit van het enzym α-galactosidase) leidt stapeling van glycosfingolipiden, vooral globotriaosylceramide (Gb3), tot progressieve orgaandisfunctie. Symptomatische behandeling bestaat uit onder andere nierdialyse en -transplantatie bij nierinsufficiëntie, behandeling van hartritmestoornissen en pijnbestrijding met carbamazepine. De Commissie beveelt enzymtherapie met agalsidase α of agalsidase β aan, omdat er aanwijzingen zijn dat dit effectiever is dan niet behandelen met enzymtherapie.
Indicaties
Chronische enzym-substitutietherapie bij patiënten met een bevestigde diagnose van de ziekte van Fabry.
Dosering
Bevestigde ziekte van Fabry:
Volwassenen en kinderen vanaf 7 jaar:
I.v. als infusie: 0,2 mg/kg lichaamsgewicht eenmaal per 2 weken.
Bij nierfunctiestoornissen: de dosering hoeft niet aangepast te worden. Een omvangrijke vermindering van de nierfunctie (eGFR < 60 ml/min) kan de respons van de nieren op de enzymvervangingstherapie wel beperken. Ondanks relatief weinig gegevens over gebruik door patiënten die dialyse of een niertransplantatie (hebben) ondergaan, wordt aanpassing van de dosis niet aanbevolen.
Het infuus gedurende 40 minuten laten inlopen.
Bijwerkingen
Zeer vaak (> 10%): infusiegerelateerde bijwerkingen zoals koorts, rillingen, hypotensie, overmatig blozen, hoofdpijn, tremor, pijn in de borst, hoesten, pijn in de (onder)buik, misselijkheid, braken, vermoeidheid.
Vaak (1-10%): griepachtige verschijnselen, hoesten, heesheid, (naso)faryngitis, opgezette keel, dyspneu. Spierklachten, rugpijn, artralgie. Duizeligheid, hypersomnie, tremor, paresthesie, dysesthesie, abnormale smaak- en reukvervorming, (verergerende) tinnitus, tragere cornea-reflex. Perifeer oedeem. Veranderde temperatuurwaarneming, verhoogde traanvochtproductie. Hypertensie, tachycardie. Diarree, braken. Acne, erytheem, jeuk, huiduitslag, livedo reticularis.
Soms (0,1-1%): angio-oedeem, urticaria, zwaar gevoel, lagere zuurstofsaturatie. Parosmie.
Verder zijn gemeld: anafylaxie. Hypotensie, hartritmestoornissen, myocardischemie, hartfalen, hyperhidrose.
Ernstige bijwerkingen zijn vaker gemeld bij patiënten die van agalsidase β overstapten op agalsidase α, dan bij patiënten die therapienaïef waren.
Interacties
Niet combineren met chloroquine, amiodaron of gentamicine vanwege een theoretisch risico van een intracellulaire remming van α-galactosidase.
Niet gelijktijdig met andere werkzame stoffen in dezelfde intraveneuze lijn toedienen.
Zwangerschap
Teratogenese: Bij de mens, onvoldoende gegevens. Bij dieren geen aanwijzingen voor schadelijkheid.
Advies: Alleen op strikte indicatie gebruiken.
Lactatie
Overgang in de moedermelk: Onbekend.
Advies: Weeg het risico van het gebruik van dit geneesmiddel in combinatie met het geven van borstvoeding af.
Contra-indicaties
Eerder voorgekomen levensbedreigende overgevoeligheid voor de bestanddelen.
Waarschuwingen
De behandeling met agalsidase alfa moet onder toezicht staan van een arts die ervaring heeft met de behandeling van de ziekte van Fabry of andere aangeboren stofwisselingsziekten.
Bij 13,7% van de volwassen patiënten die in onderzoeksverband zijn behandeld zijn idiosyncratische reacties gemeld. Zelden ernstige infusiegerelateerde reacties. Meestal treden deze reacties in de eerste 2 tot 4 maanden op maar ook wel na een jaar behandeling. De lichte tot matige overgevoeligheidsreacties (infusiereacties) kunnen worden verminderd door preventief antihistaminica en/of corticosteroïden te geven. Tevens dient men de infusie tijdelijk (5–10 min) te onderbreken. Bij ernstige overgevoeligheidsreacties de toediening onmiddellijk staken. De patiënt kan IgG-antistoffen tegen agalsidase alfa ontwikkelen. In klinisch onderzoek is ook randpositiviteit voor IgE-antistoffen aangetoond; dit ging niet gepaard met anafylaxie.
De werkzaamheid en veiligheid zijn onvoldoende vastgesteld bij kinderen < 6 jaar ( de relatief weinig beschikbare gegevens tonen geen specifieke veiligheidsproblemen aan). De werkzaamheid en veiligheid zijn eveneens onvoldoende vastgesteld bij ouderen > 65 jaar.
Overdosering
Eigenschappen
Agalsidase α is een recombinante vorm van het enzym α-galactosidase A en is vervaardigd in een menselijke cellijn. Het wordt na toediening snel opgenomen in de lysosomen van o.a. endotheel- en gladde spiercellen van de bloedvaten, waar het opgehoopt Gb3 of GL-3 in nieren-, hart- en huidweefsel afbreekt.
Kinetische gegevens
V d | ca. 0,17 l/kg. |
Metabolisering | door hydrolyse. |
T 1/2el | 80–120 minuten bij 0,2 mg/kg in ca. 40 min toegediend. |
Geneesmiddelgroep
agalsidase alfa hoort bij de groep middelen bij metabole aandoeningen, enzymen.