Amoxicilline

Publish

Samenstelling

Amoxicilline Capsule/Suspensie/Tablet (als trihydraat) Diverse fabrikanten

Toedieningsvorm
Capsule
Sterkte
500 mg
Toedieningsvorm
Poeder voor suspensie, suikervrij
Sterkte
25 mg/ml
Verpakkingsvorm
100 ml met maatlepel
Toedieningsvorm
Poeder voor suspensie, suikervrij
Sterkte
50 mg/ml
Verpakkingsvorm
100 ml met maatlepel
Toedieningsvorm
Poeder voor suspensie
Sterkte
25 mg/ml
Verpakkingsvorm
100 ml met doseerlepel
Toedieningsvorm
Poeder voor suspensie
Sterkte
50 mg/ml
Verpakkingsvorm
100 ml met doseerlepel
Toedieningsvorm
Poeder voor suspensie
Sterkte
100 mg/ml
Verpakkingsvorm
20 ml met druppelpipet

Sommige suspensies bevatten aspartaam en/of natriumbenzoaat.

Toedieningsvorm
Tablet ’Disper’
Sterkte
250 mg, 375 mg, 500 mg, 750 mg, 1000 mg

Sommige dispers bevatten aspartaam.

Amoxicilline Infusie/Injectie (als Na-zout) Diverse fabrikanten

Toedieningsvorm
Poeder voor infusievloeistof
Sterkte
2000 mg

Bevat 24 mg natrium per 100 mg poeder.

Toedieningsvorm
Poeder voor injectievloeistof
Sterkte
250 mg, 500 mg, 1000 mg

Bevat 6 mg natrium per 100 mg poeder.

Uitleg symbolen

XGVS Dit geneesmiddel is niet opgenomen in het geneesmiddelenvergoedingssysteem (GVS).
OTC Over the counter, dit geneesmiddel is een zelfzorgmiddel. Aan de vergoeding van bepaalde zelfzorgmedicatie zijn nadere voorwaarden verbonden. Deze zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering.
2 Aan de vergoeding van dit geneesmiddel zijn bepaalde voorwaarden verbonden, die zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering. Deze voorwaarden kunnen betrekking hebben op de indicaties, de duur van de behandeling en het voorschrijven volgens een richtlijn/protocol.
MNT Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Extra aandacht wordt gevraagd voor onverwachte bijwerkingen. Meldt u dit via het meldformulier van het Lareb.

amoxicilline vergelijken met een ander geneesmiddel.

Advies

Algemeen: Indien behandeling met een breed-spectrum penicilline én orale toediening gewenst is, is hier toe alleen amoxicilline beschikbaar.

Bij otitis media acuta gaat de voorkeur uit naar een afwachtend beleid met adequate pijnbestrijding. Is na drie dagen het effect op pijn en/of koorts onvoldoende dan starten met een antimicrobiële behandeling met amoxicilline. Bij risicogroepen en bij forse algemene ziekteverschijnselen direct starten met een antimicrobiële behandeling.

Zie acute rinosinusitis voor de initiële therapie.

Bij acute faryngotonsillitis is pijnbestrijding met paracetamol, eerste keus. Antibiotica zijn zelden geïndiceerd. Bij ernstige faryngotonsillitis, bij immuundeficiëntie of op advies van de GGD kan gekozen worden voor een smalspectrum penicilline zoals feneticilline of fenoxymethylpenicilline. Bij een penicilline-overgevoeligheid is azitromycine gedurende drie dagen eerste keus. Bij een peritonsillair infiltraat of bij onvoldoende effect van een behandeling met smalspectrum penicillinen wordt gekozen voor amoxicilline/clavulaanzuur.

Bij een pneumonie (CAP) is behandeling met antibiotica altijd aangewezen. De verwekker van een pneumonie is bepalend voor de keuze van het antibioticum, maar bij een onbekende verwekker is de ernst van de pneumonie bepalend voor de keuze van het antibioticum. Bij behandeling van een milde pneumonie (C(U)RB-65 score: 0–1, PSI-klasse: I–II) heeft orale toediening van amoxicilline de voorkeur. In geval van een aspiratiepneumonie heeft de combinatie amoxicilline+clavulaanzuur de voorkeur. Bij een matig-ernstige pneumonie (CURB-65 score: 2, PSI-klasse: III–IV) is parenterale toediening (i.v.) van benzylpenicilline óf amoxicilline aangewezen. Bij een ernstige pneumonie (CURB-65 score: > 2, PSI-klasse: V) is monotherapie met moxifloxacine óf een tweede of derde generatie cefalosporine (cefuroxim, ceftriaxon, cefotaxim) aangewezen; bij behandeling op de intensivecare-afdeling de cefalosporine combineren met ciprofloxacine.

Bij urineweginfecties is de farmacotherapie gebaseerd op: de ernst van de aandoening (wel of geen weefselinvasie), lokale resistentiepatronen en specifieke patiëntkenmerken (leeftijd, geslacht, risicokenmerken). Een cystitis bij gezonde niet-zwangere vrouwen gaat mogelijk vanzelf over; voer daarom een afwachtend beleid. Ga echter bij risicogroepen, waaronder kinderen, direct over tot medicamenteuze therapie om complicaties te voorkomen. De belangrijkste middelen zijn: nitrofurantoïne (1e keus), fosfomycine (2e keus), trimethoprim (3e keus) en bij zwangeren ook amoxicilline (alléén in combinatie met clavulaanzuur; dan 2e keus). Gebruik in geval van weefselinvasie antibacteriële middelen met voldoende weefselpenetratie. Start, in afwachting van een kweekuitslag met antibiogram, de behandeling met middelen zoals ciprofloxacine (1e keus), amoxicilline (alléén in combinatie met clavulaanzuur, dan 2e keus) of cotrimoxazol (3e keus) en intramuraal met aminoglycosiden en cefalosporinen.

Peptische ulcera veroorzaakt door H. pylori behandelen met de combinatie van een protonpompremmer (omeprazol) en twee antibiotica (amoxicilline en claritromycine). Bij een succesvolle eradicatie, eventueel na een tweede behandeling, is de kans op een recidief klein.

Probeer uitbreiding van bacteriële huidinfecties of besmetting van anderen tegen te gaan met hygiënische maatregelen. Behandel oppervlakkige bacteriële huidinfecties met een lokaal antimicrobieel middel. Bij impetigo en impetiginisatie heeft lokaal fusidinezuur de voorkeur. Bij diepe huidinfecties zijn meestal orale antibiotica geïndiceerd of is operatief ingrijpen noodzakelijk. Bij orale antimicrobiële behandeling heeft een smalspectrum-penicilline de voorkeur. Macroliden zijn een alternatief wanneer bijvoorbeeld penicillinen niet worden verdragen. Bij bijtwonden heeft een breedspectrum-penicilline (zoals amoxicilline) de voorkeur.

Na een tekenbeet kan worden afgewacht of preventief worden behandeld met een eenmalige dosering doxycycline of azitromycine. Erythema migrans of een Borrelia-lymfocytoom behandelen met doxycycline. Amoxicilline of azitromycine zijn een alternatief indien doxycycline gecontra-indiceerd is.

Indicaties

Infecties veroorzaakt door micro-organismen die gevoelig zijn voor amoxicilline, zoals infecties van:

  • de bovenste luchtwegen (bv. otitis media, acute sinusitis, acute tonsillitis, acute faryngitis) en onderste luchtwegen (bv. acute exacerbatie van chronische bronchitis, pneumonie (incl. ’community acquired’ pneumonie, ofwel CAP);
  • de tractus urogenitalis (bv. acute cystitis, acute pyelonefritis, gonokokkeninfectie, asymptomatische bacteriurie tijdens de zwangerschap);
  • het maag-darmstelsel (bv. bij de eradicatie van Helicobacter pylori, ook bij tyfus en paratyfus), galblaas en galwegen;
  • bot (bv. osteomyelitis, prothetische gewrichtsinfecties), huid en weke delen.

Specifiek:

  • Meningitis veroorzaakt door Listeria monocytogenes;
  • Bij de ziekte van Lyme, erythema migrans en Borrelia-lymfocytoom;
  • Tandabces met een zich uitbreidende cellulitis;
  • Als endocarditisprofylaxe bij risicopatiënten.

Dosering

De dosering is afhankelijk van leeftijd, lichaamsgewicht en nierfunctie van de patiënt, de ernst en locatie van de infectie en van de verwachte of vastgestelde veroorzakende bacterie.

Parenterale therapie is geïndiceerd als de orale route niet geschikt is of bij urgente behandeling van ernstige infecties.

Tijdens toediening van hoge doseringen (parenterale) amoxicilline zorgen voor voldoende vloeistofinname en urineproductie om de kans op kristalurie te verminderen.

In het algemeen geldt: de therapie van acute infecties tot 48–72 uur na verdwijnen van de klinische symptomen voortzetten. Een behandelduur van 5–7 dagen zal in het algemeen voldoende zijn, tenzij binnen de indicatie anders omschreven, bij streptokokkeninfecties moet deze echter ten minste 10 dagen bedragen.

De behandeling van chronische of ernstige infecties in het algemeen 48 uur voortzetten na verdwijnen van de klinische symptomen.

Klap alles open Klap alles dicht

Acute bacteriële sinusitis óf tandabces met een zich uitbreidende cellulitis;

Volwassenen en kinderen ≥ 40 kg lichaamsgewicht:

Oraal: volgens de fabrikant: 250–500 mg elke 8 uur óf 750–1000 mg elke 12 uur. Bij ernstige infecties 750–1000 mg elke 8 uur.

Volgens de SWAB-richtlijn sinusitis, vanaf 18 jaar: oraal 750 mg elke 8 uur. Behandelduur van een sinusitis is volgens de SWAB-richtlijn 7 dagen.

Intraveneus: volgens de SWAB-richtlijn sinusitis, vanaf 18 jaar: 1000 mg elke 6 uur, gedurende 7 dagen.

Kinderen < 40 kg:

Oraal: volgens de fabrikant: 20–90 mg/kg lichaamsgewicht/dag in verdeelde doses. Volgens het Kinderformularium van het NKFK: wordt een dergelijke dosis (oraal 40-90 mg/kg bij infecties in meer algemene zin) over 2–4 verdeelde doses gegeven. Meestal volstaat 50 mg/kg/dag.

Acute streptokokkentonsillitis of -faryngitis:

Volwassenen en kinderen ≥ 40 kg lichaamsgewicht:

Oraal: 500 mg elke 8 uur óf 750–1000 mg elke 12 uur. Bij ernstige infecties 750–1000 mg elke 8 uur. Behandelduur: 10 dagen.

Kinderen < 40 kg:

Oraal: volgens de fabrikant: 40–90 mg/kg lichaamsgewicht in verdeelde doses. Behandelduur: 10 dagen. Volgens het Kinderformularium van het NKFK wordt de hiervoor genoemde dosis (bij infecties in meer algemene zin) over 2–4 verdeelde doses gegeven. Meestal volstaat 50 mg/kg/dag.

Acute otitis media:

Volwassenen en kinderen ≥ 40 kg lichaamsgewicht:

Oraal: volgens de fabrikant: 500 mg elke 8 uur óf 750–1000 mg elke 12 uur. Bij ernstige infecties 750–1000 mg elke 8 uur gedurende 10 dagen.

Volgens de SWAB-richtlijn otitis media, vanaf 18 jaar: oraal 750 mg elke 8 uur, gedurende 5 tot 10 dagen.

Kinderen < 40 kg:

Oraal: volgens de fabrikant: 20–90 mg/kg lichaamsgewicht/dag in verdeelde doses. Volgens het Kinderformularium van het NKFK wordt een dergelijke dosis (oraal 40-90 mg/kg bij infecties in meer algemene zin) over 2–4 verdeelde doses gegeven. Meestal volstaat 50 mg/kg/dag.

Cystitis of pyelonefritis;

Volwassenen en kinderen ≥ 40 kg lichaamsgewicht:

Oraal: 250–500 mg elke 8 uur óf 750–1000 mg elke 12 uur. Bij ernstige infecties 750–1000 mg elke 8 uur. Een acute cystitis kán behandeld worden met 3 g 2×/dag gedurende één dag.

Volgens de SWAB-richtlijn pyelonefritis: een gecompliceerde UWI bij vrouwen 10–14 dagen behandelen; alle gecompliceerde UWI bij mannen gedurende 14 dagen. Intraveneus: 1000 mg amoxicilline elke 6 uur, gedurende 10–14 dagen, in combinatie met een i.v. aminoglycoside 1×/dag (bv. gentamicine; bij voorkeur kortdurend).

Kinderen < 40 kg:

Oraal: 20–90 mg/kg lichaamsgewicht/dag in verdeelde doses. Volgens het Kinderformularium van het NKFK: wordt een dergelijke dosis (oraal 40-90 mg/kg bij infecties in meer algemene zin) over 2–4 verdeelde doses gegeven. Meestal volstaat 50 mg/kg/dag.

Asymptomatische bacteriurie tijdens de zwangerschap:

Vrouwelijke personen ≥ 40 kg lichaamsgewicht:

Oraal: 250–500 mg elke 8 uur óf 750–1000 mg elke 12 uur.

Acute exacerbaties van chronische bronchitis:

Volwassenen:

Oraal: volgens de fabrikant: 500 mg elke 8 uur óf 750–1000 mg elke 12 uur. Bij ernstige infecties 750–1000 mg elke 8 uur gedurende 10 dagen. Volgens de SWAB-richtlijn bronchitis: bij een verminderde weerstand/comorbiditeit: oraal 500 mg elke 8 uur, gedurende 5 dagen. Bij een bronchitis bij COPD worden volgens deze SWAB-richtlijn andere middelen gebruikt.

’Community acquired’ pneumonie (CAP):

Volwassenen:

Bij een ’milde’ pneumonie:

Volgens de fabrikant: oraal: 500-1000 mg elke 8 uur. Volgens de SWAB-richtlijn CAP (2016): bij een ’milde’ pneumonie (volgens PSI-klasse of C(U)RB-65 score, of pragmatisch; behandeling ’thuis’): oraal: amoxicilline 750 mg elke 8 uur, gedurende 5 dagen. Volgens de NHG-richtlijn Acuut Hoesten: oraal: 500 mg elke 8 uur, gedurende 5 dagen.

Bij een ’matig ernstige’ pneumonie (zoals volgens de PSI-klasse of CURB-65 score, of meer pragmatisch; bij behandeling in het ziekenhuis (geen intensivecare-opname)): volgens de SWAB-richtlijn CAP (2016): i.v. amoxicilline 1000 mg elke 6 uur; gedurende 5 dagen.

Kinderen

Volgens de fabrikant: oraal: bij kinderen ≥ 40 kg lichaamsgewicht: 500–1000 mg elke 8 uur; bij kinderen < 40 kg: 20–90 mg/kg lichaamsgewicht/dag in verdeelde doses. Volgens het Kinderformularium wordt een dergelijke dosis (40–90 mg/kg/dag bij infecties in meer algemene zin) verdeeld over 2–4 doses gegeven. Meestal volstaat 50 mg/kg/dag.

Volgens de NHG-richtlijn Acuut Hoesten bij kinderen < 11 jaar: oraal: 40 mg/kg lichaamsgewicht verdeeld over 3 doses (elke 8 uur; max 3× 500 mg), gedurende 5 dagen.

Tyfus en paratyfus:

Volwassenen en kinderen ≥ 40 kg lichaamsgewicht:

Oraal: 500 mg - 2 g elke 8 uur.

Kinderen < 40 kg:

Oraal: 100/mg/kg lichaamsgewicht/dag verdeeld over drie doses.

Prothetische gewrichtsinfecties:

Volwassenen en kinderen ≥ 40 kg lichaamsgewicht:

Oraal: 500 mg - 1 g elke 8 uur.

Vroege ziekte van Lyme:

Volwassenen en kinderen (≥ 40 kg lichaamsgewicht):

Volgens de fabrikant bij geïsoleerd erythema migrans (bij volwassenen en kinderen > 40 kg lichaamsgewicht): oraal 500 mg tot 1 g 3×/dag (elke 8 uur), tot maximaal 4 g/dag in verdeelde doses, gedurende 14 (10 tot 21) dagen. Volgens de CBO-richtlijn Lymeziekte bij erythema migrans óf Borrelia-lymfocytoom (bij volwassenen en kinderen ≥ 9 jaar): 500 mg 3×/dag (elke 8 uur) gedurende 14 dagen.

Kinderen:

Volgens de fabrikant bij geïsoleerd erythema migrans (bij een lichaamsgewicht < 40 kg): 25-50 mg/kg lichaamsgewicht/dag, verdeeld over 3 doses (elke 8 uur), gedurende 10–21 dagen. Volgens de CBO-richtlijn Lymeziekte bij kinderen < 9 jaar bij een erythema migrans óf Borrelia-lymfocytoom: 50 mg/kg/lichaamsgewicht/dag, verdeeld over 3 doses (elke 8 uur), gedurende 14 dagen (Kinderformularium is conform CBO).

Laat stadium ziekte van Lyme (systemische aantasting):

Volwassenen en kinderen (≥ 40 kg lichaamsgewicht):

Volgens de fabrikant: oraal 500 mg tot 2 g elke 8 uur, maximaal 6 g/dag in verdeelde doses gedurende 10–30 dagen.

Kinderen < 40 kg:

Volgens de fabrikant: oraal 100 mg/kg/dag verdeeld over 3 doses (elke 8 uur), gedurende 10–30 dagen.

Eradicatie van Helicobacter pylori:

Volwassenen en adolescenten (≥ 40 kg lichaamsgewicht):

750-1000 mg elke 12 uur, in combinatie met een protonpompremmer (bv. omeprazol#doseringen) en een ander antibioticum (bv. claritromycine of metronidazol), gedurende 7 dagen. Voor meer informatie zie peptische ulcera.

Algemene richtlijn bij (overige) niet-ernstige en matig-ernstige infecties:

Volwassenen en kinderen ≥ 40 kg:

Oraal: 500–750 mg elke 12 uur of 375–500 mg elke 8 uur.

Kinderen < 40 kg:

Oraal: 40–90 mg/kg lichaamsgewicht per dag in 3 doses; alleen bij hogere doseringen eventueel in 2 doses per dag. Max. 3 g/dag.

Volwassenen en kinderen ≥ 10 jaar:

I.m.- of i.v.-injectie: 500–1000 mg elke 8 uur.

Kinderen < 10 jaar:

I.m.- of i.v.-injectie: 20 mg/kg lichaamsgewicht elke 8 uur.

Ernstige infecties:

Volwassenen en kinderen ≥ 10 jaar:

Intraveneus: injectie of infusie: 1–2 g elke 8 uur, zonodig tot 5 g per keer. Volgens het Kinderformularium van het NKFK (vanaf 1 maand) tot 18 jaar: 100 mg/kg lichaamsgewicht/dag verdeeld over 3–4 doses, max. 12 g/dag.

Kinderen ≥ 1 maand tot 10 jaar:

Intraveneus: injectie of infusie: volgens de fabrikant: 50–100 mg/kg lichaamsgewicht elke 8 uur. Volgens het Kinderformularium van het NKFK vanaf 1 maand tot 18 jaar: 100 mg/kg lichaamsgewicht/dag verdeeld over 3–4 doses, max. 12 g/dag.

Zuigelingen tot 1 maand:

Intraveneus: injectie of infusie: volgens de fabrikant: 35–50 mg/kg lichaamsgewicht elke 8 uur. Volgens het Kinderformularium van het NKFK: leeftijd 1–4 weken en geboortegewicht ≥ 2 kg: 100 mg/kg/dag verdeeld over 4 doses (elke 6 uur); leeftijd 1–4 weken en geboortegewicht < 2 kg: 75 mg/kg/dag verdeeld over 3 doses (elke 8 uur) en deze dosering ook toepassen bij een leeftijd < 1 week en geboortegewicht ≥ 2 kg. Bij een leeftijd < week én geboortegewicht < 2 kg: 50 mg/kg dag verdeeld over 2 doses.

Prematuren en neonaten:

Intraveneus: injectie of infusie: volgens de fabrikant: 6,25–12,5 mg/kg lichaamsgewicht elke 12 uur. Zie verder het voorschrift van het Kinderformularium hierboven.

Endocarditisprofylaxe:

Volwassenen:

30–60 min. vóór de ingreep, bij bepaalde ingrepen in de mondholte, de bovenste luchtwegen, het maag-darmkanaal en het urogenitale gebied: intraveneus: 2 g. Oraal: volgens de fabrikant (ook bij kinderen vanaf 40 kg) én volgens de NHG-standaard endocarditisprofylaxe (conform Europese richtlijn): 30–60 min. voorafgaand aan een tandheelkundige ingreep: 2 g.

Kinderen:

30–60 min vóór de ingreep: i.v.: 50 mg/kg lichaamsgewicht, max. 2 g. Oraal: 50 mg/kg lichaamsgewicht (bij voorkeur in dispersvorm). Volgens de NHG-standaard endocarditisprofylaxe (conform Europese richtlijn, conform Kinderformularium): voorafgaand aan een tandheelkundige ingreep: max. 2 g.

Gebruik bij verminderde nierfunctie: Volwassenen en kinderen ≥ 40 kg: volgens de werkgroep ’Geneesmiddelen bij verminderde nierfunctie’ van de KNMP: oraal en i.v. creatinineklaring 10–30 ml/min: alleen bij een dosering van 4 g of meer per dag is het advies 10 dagen een toedieningsinterval van 12 uur aan te houden. Bij een creatinineklaring < 10 ml/min: oraal max. 500 mg iedere 24 uur; i.v. de dosering verminderen met 15–50%. Bij hemodialyse: volgens de fabrikant: Vóór de hemodialyse één extra dosis van 15 mg/kg toedienen. Om de circulerende spiegels te herstellen, óók ná de hemodialyse nog een dosis van 15 mg/kg toedienen. Bij peritoneale dialyse: oraal max. 500 mg iedere 24 uur. Kinderen < 40 kg: volgens de werkgroep ’Geneesmiddelen bij verminderde nierfunctie’ van de KNMP: oraal en i.v.: creatinineklaring 10–30 ml/min: een toedieningsinterval van 12 uur aanhouden; creatinineklaring < 10 ml/min: een toedieningsinterval van 24 uur aanhouden. Bij hemodialyse: de dosis geven na afloop van de dialyse.

Algemene toedieningsinformatie: De capsule zonder kauwen met wat water innemen. De Disper kan in zijn geheel worden ingenomen met ruim water of worden opgelost in een half kopje water. De suspensie schudden voor gebruik en met een glas water innemen; bij baby’s de suspensie onverdund toedienen en daarna melk of thee geven. Bij optreden van maag-darmklachten amoxicilline innemen tijdens de maaltijd.

De injectie langzaam toedienen (ten minste gedurende 3–4 min); de inlooptijd van de i.v.-infusie is 30–60 min.

Bijwerkingen

Zeer vaak (> 10%): diarree.

Vaak (1-10%): misselijkheid, braken, flatulentie, droge mond, smaakstoornis, verminderde eetlust. Enantheem (vooral rond de mond), candidiasis van huid en slijmvliezen. Huidreacties (5–11 dagen na start van de therapie) zoals exantheem, jeuk, urticaria.

Soms (0,1-1%): overige superinfecties en kolonisatie met resistente organismen of gisten (na langdurig en herhaald gebruik). Duizeligheid, hoofdpijn. Indigestie. Voorbijgaande stijging ASAT- en/of ALAT-waarden.

Zelden (0,01-0,1%): larynxoedeem, angio-oedeem, anafylaxie (incl. shock), serumziekte. Hyperkinesie, convulsies (bij gestoorde nierfunctie, meningitis, epilepsie in de voorgeschiedenis en/of bij hoge doses). Erythema multiforme, acute gegeneraliseerde exanthemateuze pustulose (AGEP), Stevens-Johnsonsyndroom, toxische epidermale necrolyse (syndroom van Lyell), blaren en exfoliatieve dermatitis. Reversibele leukopenie (incl. neutropenie), trombocytopenie, eosinofilie, hemolytische anemie. Hepatitis, cholestatische icterus. Acute interstitiële nefritis, kristalurie. Geneesmiddelkoorts. Oppervlakkige verkleuring van de tanden (suspensie), die na tandenpoetsen verdwijnt. Tromboflebitis (intraveneuze toediening).

Zeer zelden (< 0,01%): granulocytopenie (incl. agranulocytose), hemolytische anemie, pancytopenie (allen reversibel na staken). Pseudomembraneuze colitis of met antibiotica-geassocieerde colitis (incl. hemorragische colitis). Vasculitis ten gevolge van overgevoeligheid. Zwarte (haar)tong.

Verder zijn gemeld: aseptische meningitis. Serumziekte-achtig syndroom. Jarisch-Herxheimer reactie. Reversibele hyperactiviteit. Reversibele verlenging van bloedingstijd en protrombinetijd.

Interacties

Bij colitis die met gebruik van antibiotica samenhangt is het gebruik van geneesmiddelen die de darmperistaltiek vertragen gecontra-indiceerd.

De werking van penicillinen wordt geantagoneerd door bacteriostatische antibiotica. Het klinische belang daarvan is alleen aannemelijk gemaakt bij meningitis, endocarditis, sepsis en bij patiënten met ernstige neutropenie.

De werking van vitamine K-antagonisten kan worden versterkt; een aanpassing van de dosering van de vitamine K-antagonist kan nodig zijn.

Amoxicilline vermindert de renale klaring van methotrexaat; dit kan leiden tot het eerder bereiken van toxische waarden van methotrexaat.

Fenylbutazon verlengt de plasmahalfwaardetijd door vermindering van de tubulaire secretie. Gelijktijdige toediening van allopurinol kan allergische huidreacties opwekken.

Zwangerschap

Amoxicilline passeert de placenta (de plasmaspiegels van de foetus zijn ca. 25–30% van de maternale plasmaspiegel).
Teratogenese: Zowel bij de mens als bij dieren, geen aanwijzingen voor schadelijkheid.
Advies: Kan voor zover bekend, zonder gevaar, overeenkomstig het voorschrift worden gebruikt.
Overig: Het gebruik van aspartaambevattende amoxicilline preparaten is gecontra-indiceerd bij zwangere vrouwen met fenylketonurie.

Lactatie

Overgang in de moedermelk: Ja, in geringe mate (ca. 10% van de maternale serumspiegel).
Farmacologisch effect: Het risico voor het kind is te verwaarlozen, met uitzondering van de mogelijkheid van sensibilisatie. Diarree en kolonisatie van de slijmvliezen door schimmels bij de zuigeling zijn mogelijk.
Advies: Kan worden gebruikt. Borstvoeding staken bij optreden van diarree, candidiasis en/of huiduitslag bij de zuigeling.

Contra-indicaties

  • overgevoeligheid voor penicillinen of een voorgeschiedenis van een ernstige overgevoeligheidsreactie op andere β-lactamantibiotica zoals cefalosporinen en carbapenems (waaronder acute gegeneraliseerde exanthemateuze pustulose; AGEP);
  • mononucleosis infectiosa of lymfatische leukemie vanwege de sterk toegenomen kans op exantheem;
  • producten die aspartaam bevatten: bij kinderen en zwangere vrouwen met fenylketonurie.

Waarschuwingen

Kruisovergevoeligheid en kruisresistentie: kan voorkomen tussen penicillinen onderling en (in mindere mate) tussen de penicillinen en cefalosporinen of carbapenems; vóór toediening zorgvuldig nagaan of de patiënt overgevoelig is voor andere β-lactamantibiotica. De kruisovergevoeligheid met cefalosporinen heeft met name betrekking op de eerste en sommige van de tweede generatie cefalosporinen (maar bv. niet op cefuroxim). Anafylactische reacties komen vaker voor bij overgevoeligheid voor penicillinen in de voorgeschiedenis en bij atopische personen. Bij optreden van een koortsig gegeneraliseerd erytheem met pustels de diagnose acute gegeneraliseerde exanthemateuze pustulose (AGEP) overwegen en de behandeling direct stoppen; dit ook doen bij het – onmiddellijk – optreden van urticaria na toediening.

Superinfecties: overgroei van niet-gevoelige micro-organismen komt voor; bij langdurige toepassing regelmatig controleren op superinfecties. Bij optreden van ernstige diarree de diagnose pseudomembraneuze colitis overwegen. Het gebruik staken bij het optreden van pseudomembraneuze colitis evenals bij optreden van hemorragische colitis of overgevoeligheidsreacties.

Het bloedbeeld, de nier- en leverfunctie regelmatig controleren wanneer de toepassing: langdurig is, bij premature kinderen, of tijdens de neonatale periode is.

Kristalurie: tijdens toediening van hoge doseringen (parenterale) amoxicilline zorgen voor een voldoende vloeistofinname en urineproductie om het risico van kristalurie te verminderen. Bij kamertemperatuur kunnen hoge doses amoxicilline neerslaan in de urine; daarom de openingen van verblijfskatheters regelmatig controleren.

Hepatische bijwerkingen komen vooral voor bij mannen en ouderen bij langdurige behandeling; de symptomen ontstaan meestal gedurende of kort na de behandeling, maar soms pas na enkele weken.

Convulsies: hoge doseringen kunnen de kans op convulsies vergroten bij:

  • een verminderde nierfunctie;
  • een aandoening van de meninges (bv. meningitis);
  • toevallen in de voorgeschiedenis;
  • behandelde epilepsie.

Tijdens de behandeling van Lymeborreliose kunnen binnen enkele uren na toediening Jarisch-Herxheimer-achtige reacties optreden (hypotensie, tachycardie, vasodilatatie, koorts, rillingen, hoofd- en spierpijn, rigor). Dit is het gevolg van een inflammatiereactie na het vrijkomen van endotoxinen en lipoproteïnen na de cellysis van deze bacteriën (spirocheten). De reactie gaat gewoonlijk vanzelf over.

Voeding: voorzichtig bij patiënten met een natriumbeperkt dieet indien hoge parenterale doses worden gebruikt. Bij homozygote fenylketonurie rekening houden met de hoeveelheid fenylalanine die door aspartaam (in sommige producten) wordt geleverd.

Beïnvloeding van diagnostische testen: bij bepaling van glucose in de urine, de enzymatische glucose-oxidasemethoden gebruiken (chemische methoden geven regelmatig fout-positieve bevindingen). Amoxicilline kan de hoeveelheid estriol in de urine van zwangere vrouwen verlagen.

Overdosering

Symptomen
Vooral bij nierfunctiestoornissen kunnen convulsies optreden. Verstoring van de water- en elektrolytenbalans. Kristalurie met nierfalen.

Therapie
Amoxicilline kan via hemodialyse uit de circulatie worden verwijderd. Verder symptomatisch behandelen.

Zie voor meer informatie over symptomen en behandeling de stofmonografie amoxicilline op vergiftigingen.info.

Eigenschappen

Bactericide β-lactamantibioticum. Remt de crosslinking van peptidoglycanen in de celwand, wat uiteindelijk leidt tot lysis en celdood. Het werkingsspectrum is relatief breed en omvat Gram-positieve en Gram-negatieve bacteriën.

Doorgaans gevoelig zijn: Bacillus anthracis, Corynebacterium diphtheriae, Enterococcus faecalis, β-hemolytische streptokokken (groep A, B, C, G), Listeria monocytogenes, Streptococcus agalactiae, Streptococcus bovis, Streptococcus pyogenes, Brucella spp., Neisseria meningitidis, Vibrio cholerae, Peptostreptococcus spp.

Verworven resistentie kan een probleem zijn bij: Corynebacterium spp., Enterococcus faecium, Coagulase-negatieve stafylokokken, Staphylococcus aureus (MSSA), Streptococcus pneumoniae, Streptococcus viridans, Clostridium spp., Fusobacterium spp., Borrelia burgdorferi, Escherichia coli, Haemophilus influenza, Haemophilus para-influenza, Helicobacter pylori, Moraxella catarrhalis, Neisseria gonorrhoeae, Pasteurella multocida, Proteus mirabilis, Prevotella spp., Salmonella typhi, Salmonella paratyphi.

Ongevoelig zijn: onder andere penicillinasevormende stafylokokken (bv. MRSA), indol-positieve Proteus-stammen (P. vulgaris), Acinetobacter spp., Citrobacter spp., Enterobacter spp., Klebsiella spp., Legionella spp., Morganella morganii, Providencia spp., Pseudomonas spp., Raoultella spp., Serratia spp., Bacteroides fragilis, Chlamydia, Mycoplasma en Rickettsia.

Amoxicilline is penicillinase-gevoelig. De (microbiologisch inactieve) metaboliet penicilloïnezuur heeft allergene eigenschappen.

Kinetische gegevens

Resorptieoraal snel.
F70–90%.
T maxi.m. 1 uur, oraal 1–2 uur.
V d0,3–0,4 l/kg.
Overigblijft extra-cellulair; de concentratie in weefsels is afhankelijk van de doorbloeding en de hoeveelheid extracellulair vocht. In serum, sputum, mucosa, longweefsel, botweefsel, middenoorvocht, oogkamerwater, gal en urine worden therapeutische spiegels bereikt. Penetratie in liquor: slecht; bij ontstoken meninges 20% van de concentratie in het bloed.
Metaboliseringgedeeltelijk; de voornaamste (inactieve) metaboliet is penicilloïnezuur dat allergene eigenschappen heeft.
Eliminatievnl. met de urine, ca. 80% via tubulaire secretie en 20% via glomerulaire filtratie; 60–70% in onveranderde vorm. Amoxicilline is hemodialyseerbaar.
T 1/21–1½ uur; bij creatinineklaring < 15 ml/min: 5 tot 20 uur; bij prematuren, neonaten en zuigelingen < 6 mnd. 3–4 uur.