pyrimethamine
Samenstelling
Daraprim GlaxoSmithKline bv
- Toedieningsvorm
- Tablet
- Sterkte
- 25 mg
Uitleg symbolen
XGVS | Dit geneesmiddel is niet opgenomen in het geneesmiddelenvergoedingssysteem (GVS). |
OTC | Over the counter, dit geneesmiddel is een zelfzorgmiddel. Aan de vergoeding van bepaalde zelfzorgmedicatie zijn nadere voorwaarden verbonden. Deze zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering. |
2 | Aan de vergoeding van dit geneesmiddel zijn bepaalde voorwaarden verbonden, die zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering. Deze voorwaarden kunnen betrekking hebben op de indicaties, de duur van de behandeling en het voorschrijven volgens een richtlijn/protocol. |
MNT | Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Extra aandacht wordt gevraagd voor onverwachte bijwerkingen. Meldt u dit via het meldformulier van het Lareb. |
Advies
Bij de behandeling van toxoplasmose dient pyrimethamine samen met sulfadiazine te worden gegeven.
Indicaties
- Behandeling van actieve toxoplasmose, in combinatie met sulfadiazine.
Pyrimethamine is officieel ook geregistreerd voor de behandeling van malaria die door Plasmodium falciparum wordt veroorzaakt, in combinatie met een sulfonamide (veelal sulfadoxine). Omdat er wereldwijd een resistentie bestaat tegen deze therapie en in Nederland geen sulfonamide beschikbaar is voor deze indicatie (met een doseringsadvies), wordt deze indicatie in deze preparaattekst niet verder behandeld.
Dosering
De tabletten hebben een breukgleuf, zodat per 12,5 mg kan worden gedoseerd.
Behandeling van actieve toxoplasmose:
Volwassenen en kinderen ≥ 6 jaar:
In combinatie met sulfadiazine én foliumzuursuppletie: eerste dag 50 mg, daarna 25 mg 1×/dag. Vanaf de eerste dag sulfadiazine geven: 150 mg/kg lichaamsgewicht per dag in 4 doses, max. 4 g/dag.
Kinderen 2–6 jaar:
In combinatie met sulfadiazine én foliumzuursuppletie: eerste dag 25 mg, daarna 12,5 mg 1×/dag. Vanaf de eerste dag sulfadiazine geven: 150 mg/kg lichaamsgewicht per dag in 4 doses, max. 2 g/dag.
Kinderen 10 maanden–2 jaar:
In combinatie met sulfadiazine én foliumzuursuppletie: 12,5 mg 1×/dag. Vanaf de eerste dag sulfadiazine geven: 150 mg/kg sulfadiazine per dag in 4 doses, max. 1,5 g/dag.
Behandelduur: De behandeling dient gedurende 3–4 weken te worden gegeven. Indien voortgezette behandeling nodig is, dienen er 30–40 dagen tussen de behandelingen te liggen.
Zie voor de behandeling van congenitale toxoplasmose: het Kinderformularium van het NKFK. Bij pasgeborenen het risico van toediening van het sulfonamide afwegen tegen het therapeutisch voordeel.
Bijwerkingen
Zeer vaak (> 10%): hoofdpijn. Misselijkheid, braken, diarree. Huiduitslag. Anemie.
Vaak (1–10%): leukopenie, trombocytopenie. Duizeligheid.
Soms (0,1–1%): abnormale huidpigmentatie. Koorts.
Zeer zelden (< 0,01%): droge mond of keel, buccale ulceratie, koliek. Dermatitis. Malaise. Depressie. Pancytopenie. Hartritmestoornissen. Hematurie. Pneumonie met cellulaire en eosinofiele pulmonale infiltratie. Convulsies (indicatie toxoplasmose). Hyperfenylalaninemie (bij neonaten met congenitale toxoplasmose).
De kans op bloedbeeldafwijkingen is groter indien géén foliumzuursuppletie wordt gegeven bij langer gebruik (indicatie toxoplasmose).
Interacties
Pyrimethamine kan de plasmaconcentraties van kinine verhogen met mogelijk toxische effecten.
Pyrimethamine vergroot als foliumzuurantagonist het risico van hematologische bijwerkingen (agranulocytose) door dapson.
Elvitegravir, lopinavir en ritonavir remmen het metabolisme van pyrimethamine, waardoor de kans op bijwerkingen kan toenemen. Mogelijk verlagen antacida de absorptie van pyrimethamine.
Bij gelijktijdig gebruik van een trimethoprim/sulfonamide-combinatie en pyrimethamine kan megaloblastaire anemie optreden. Wees voorzichtig met de combinatie met andere myelosuppressieve geneesmiddelen zoals zidovudine en cytostatica (zoals methotrexaat). Fatale beenmergaplasie is gemeld na toediening van daunorubicine, cytarabine en pyrimethamine bij patiënten met een acute myeloïde leukemie.
Bij kinderen met leukemie van het centrale zenuwstelsel zijn convulsies gezien bij gelijktijdig gebruik van methotrexaat en pyrimethamine.
Gelijktijdig gebruik van lorazepam kan aanleiding geven tot hepatotoxiciteit.
Zwangerschap
Pyrimethamine passeert de placenta.
Teratogenese: Bij de mens onvoldoende gedocumenteerde gegevens. Ruime ervaring met het gebruik heeft tot nu toe geen negatieve effecten laten zien. Bij dieren bij hogere dosering aanwijzingen voor schadelijkheid (gespleten gehemelte, oligodactyli, microftalmie). Aangezien er sprake is van combinatietherapie met een sulfonamide, moeten ook gegevens hiervan in ogenschouw worden genomen, zie voor de behandeling van toxoplasmose ook sulfadiazine#zwangerschap.
Farmacologisch effect: Op grond van de farmacologische werkzaamheid is foliumzuurdepletie bij het kind mogelijk.
Advies: Alleen op strikte indicatie gebruiken; tevens foliumzuursuppletie toepassen in doseringen die gebruikelijk zijn voor zwangeren. Bij de behandeling van actieve toxoplasmose alleen behandelen bij vrouwen met serologische testen, die gedurende de zwangerschap positief worden en bij vrouwen bij wie tijdens de zwangerschap de antilichaamtiters tegen Toxoplasma stijgen.
Lactatie
Overgang in de moedermelk: Ja.
Farmacologisch effect: Het geven van borstvoeding is waarschijnlijk veilig bij gebruik van pyrimethamine. Zie voor informatie over de sulfonamide die bij toxoplasmose wordt gebruikt ook: sulfadiazine#lactatie.
Advies: Pyrimethamine kan volgens voorschrift worden gebruikt.
Contra-indicaties
Omdat pyrimethamine in combinatie met een sulfonamide wordt toegepast, dient tevens met de hiervoor geldende contra-indicaties rekening te worden gehouden, zie m.b.t. de behandeling van toxoplasmose ook: sulfadiazine#contraIndicaties
Waarschuwingen
Wees voorzichtig bij lever- of nierziekten en bij foliumzuurtekort door ziekte of ondervoeding. Gebruik bij ernstige nierfunctiestoornissen, aantoonbare leverparenchymbeschadiging en bloeddyscrasie wordt ontraden.
Wees voorzichtig bij toxoplasmosebehandeling van patiënten met een voorgeschiedenis van convulsies; vermijd hoge oplaaddoses.
Bij de behandeling van toxoplasmose foliumzuursuppletie geven om de kans op beenmergdepressie te verminderen. Gedurende de therapie en tot twee weken na staken ervan wekelijks volledige bloedtellingen uitvoeren.
In verband met het gebruik van een sulfonamide zorgdragen voor voldoende vloeistofinname ter vermijding van kristalurie.
Overdosering
Symptomen
Acute overdosering: braken, convulsies, ataxie, bevingen, respiratoire depressie, circulatoir collaps. Chronische overdosering: slapeloosheid, beenmergdepressie (door foliumzuurtekort).
Therapie
Acute overdosering: ondersteunend en zonodig medicatie tegen de convulsies. Chronische overdosering: folinezuur (calciumzout) i.m. geven (om een mogelijk foliumzuurtekort tegen te gaan) totdat de symptomen van toxiciteit zijn verdwenen. Het kan overigens wel 7–10 dagen duren voordat de symptomen van leukopenie volledig tot uiting komen; daarom zeker gedurende deze periode folinezuur toedienen.
Neem voor meer informatie over een vergiftiging met pyrimethamine contact op met het Nationaal Vergiftigingen Informatie Centrum.
Eigenschappen
Dihydrofoliumzuurreductaseremmer, waarvan de affiniteit voor het protozoaire enzym veel groter is dan voor het menselijke. In combinatie met een sulfonamide treedt synergisme op in de remming van de aanmaak van dihydrofoliumzuur uit para-aminobenzoëzuur. Dit leidt tot een blokkade in het foliumzuurmetabolisme van Plasmodium falciparum en Toxoplasma gondii die, in tegenstelling tot de mens, niet in staat zijn reeds gevormd foliumzuur te gebruiken.
Bij de behandeling van toxoplasmose worden alleen de tachyzoïeten gedood; de bradyzoïeten in de weefselcysten blijven vitaal maar zijn in rust en kunnen op een later tijdstip bij verminderde weerstand weer actief worden.
Kinetische gegevens
Resorptie | goed. |
T max | 2–8 uur. |
Eiwitbinding | 80–90%. |
Overig | Pyrimethamine wordt vooral teruggevonden in de nieren, longen, lever en milt. De concentratie in het cerebrospinaalvloeistof is 10–27% van die in het serum. |
Metabolisering | in de lever. |
Eliminatie | vnl. met de urine (onveranderd en als metabolieten). |
T 1/2el | ca. 4 dagen. |
Geneesmiddelgroep
pyrimethamine hoort bij de groep malariamiddelen.